Het vertrouwensbeginsel nieuwe stijl
De onbevoegde toezegging in het bestuursrecht
Samenvatting
De centrale vraag in dit boek is op welke manier(en) het bestuursrecht, in de situatie dat een bestuursorgaan een onbevoegde toezegging heeft gedaan, daadwerkelijk meer burgerperspectief kan bieden dan tegenwoordig het geval is.
De toepassing van het vertrouwensbeginsel is al jaren een discussiepunt binnen het bestuursrecht. Een beroep op dit algemene rechtsbeginsel zou niet bepaald toegankelijk en burgervriendelijk zijn, vooral vanwege de vele hordes die de rechtzoekende moet zien te overbruggen. Dat wringt met het streven naar een responsief bestuursrecht, waarin de positie van de rechtzoekende centraal staat. Sinds de Amsterdamse dakopbouw-uitspraak (2019) hanteert de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State daarom een nieuwe, soepeler jurisprudentielijn wanneer een rechtzoekende een beroep doet op het vertrouwensbeginsel.
Uit jurisprudentie ná de Amsterdamse dakopbouw-uitspraak blijkt echter dat deze versoepeling niet in alle situaties geldt; bij bepaalde bevoegdheidsgebreken is de Afdeling nog altijd zeer terughoudend in het aannemen van gerechtvaardigd vertrouwen. De Afdeling lijkt deze overweging te hebben gebaseerd op vaste jurisprudentie van de Hoge Raad over onbevoegde toezeggingen in het civiele recht. Volgens de auteur zijn bij deze inspiratie uit het civiele recht kanttekeningen te plaatsen. Dit boek bevat daarom aanbevelingen om het bestuursrecht bij bepaalde bevoegdheids-gebreken daadwerkelijk burgervriendelijk te maken.
Specificaties
Inhoudsopgave
U kunt van deze inhoudsopgave een PDF downloaden
1 Inleiding 1
1.1 Aanleiding 1
1.2 Plaats en relevantie 2
1.3 Opzet 3
1.4 Afbakening en onderzoeksmethoden 4
1.5 Leeswijzer 5
2 De nieuwe jurisprudentielijn bij een beroep op het vertrouwensbeginsel 7
2.1 Inleiding 7
2.2 De oude jurisprudentielijn globaal weergegeven 7
2.3 De Amsterdamse dakopbouw-zaak: feitencomplex 9
2.4 De conclusie van staatsraad advocaat-generaal Wattel 10
2.4.1 ‘Draaien aan de knoppen’ van stap 1 en 2: vaker belangenafweging bij stap 3 11
2.4.2 Uitzondering: geen versoepeling stap 2 bij overschrijding van de trias 13
2.4.3 Schadevergoeding: grondslag(en) en procedure(s) 15
2.5 De uitspraak van de Afdeling 17
2.5.1 Stap 1: de uitleg van het begrip ‘toezegging’ 17
2.5.2 Stap 2: de toerekening van een toezegging aan het bevoegde bestuursorgaan 18
2.5.3 Stap 3: het al dan niet honoreren van het gerechtvaardigd vertrouwen 19
2.6 De uitkomst in de Amsterdamse dakopbouw-zaak 21
2.7 Conclusie 21
3 De theorie vs. de bestuurs- en civielrechtelijke praktijk 23
3.1 Inleiding 23
3.2 De bestuursrechtpraktijk (stap 2) na de Amsterdamse dakopbouw-uitspraak 23
3.2.1 Toerekening van een onbevoegde toezegging binnen de grenzen van de trias 24
3.2.2 Impliciete opvatting van de Afdeling bij een trias-overschrijdend bevoegdheidsgebrek 25
3.2.3 Expliciete opvatting van de Afdeling bij een trias-overschrijdend bevoegdheidsgebrek 27
3.2.4 Stand van zaken in het bestuursrecht bij stap 2 van de nieuwe jurisprudentielijn 28
3.3 Welke rol speelt de civielrechtelijke praktijk in dit bestuursrechtelijke verhaal? 29
3.3.1 De ‘brug’ tussen het bestuursrecht en het civiele recht: verkenning van begrippen 29
3.3.2 Schadevergoeding in het civiele recht wegens onbevoegde toezegging 32
3.3.3 Onbevoegde toezegging: verschillen in jurisprudentie bestuursrecht en civiel recht 36
3.4 Voorstellen voor de bestuursrechtelijke praktijk 38
3.4.1 Pleidooi voor ruime interpretatie artikel 8:88 lid 1 sub b Awb: de Afdeling aan zet 39
3.4.2 Pleidooi voor minder terughoudendheid door de Afdeling bij stap 2 42
3.4.3 Waarom zijn beide aanbevelingen noodzakelijk? 45
3.5 Conclusie 48
4 Slotbeschouwing 51
Geraadpleegde literatuur 55
Geraadpleegde jurisprudentie 63
Anderen die dit boek kochten, kochten ook
Net verschenen
Rubrieken
- aanbestedingsrecht
- aansprakelijkheids- en verzekeringsrecht
- accountancy
- algemeen juridisch
- arbeidsrecht
- bank- en effectenrecht
- bestuursrecht
- bouwrecht
- burgerlijk recht en procesrecht
- europees-internationaal recht
- fiscaal recht
- gezondheidsrecht
- insolventierecht
- intellectuele eigendom en ict-recht
- management
- mens en maatschappij
- milieu- en omgevingsrecht
- notarieel recht
- ondernemingsrecht
- pensioenrecht
- personen- en familierecht
- sociale zekerheidsrecht
- staatsrecht
- strafrecht en criminologie
- vastgoed- en huurrecht
- vreemdelingenrecht