Orde in het semipublieke domein
Particuliere en publiek-private orderegulering in juridisch perspectief (PDF-Download)
Samenvatting
Horecagelegenheden, winkels, openbaar vervoer, en voetbalwedstrijden zijn voorbeelden van plaatsen die voor het publiek toegankelijk zijn, maar die worden beheerd door particulieren. Mensen maken gebruik van dit type semipublieke ruimte om te recreëren, werken, elkaar te ontmoeten en reizen. Helaas is ongestoord genot van de voorzieningen in het semipublieke domein niet vanzelfsprekend en om rellen bij voetbalwedstrijden, winkeldiefstallen en agressie in het openbaar vervoer te voorkomen en te bestrijden, richten particuliere beheerders eigen sanctiestelsels in. Een bekend voorbeeld is het stadionverbod in de context van het voetbal. Om de doelmatigheid van het particuliere veiligheidsbeleid te vergroten werken de particulieren samen met de overheid.
Dit roept vragen op: hoe ver kunnen particuliere beheerders gaan om hun personeel en klanten te beschermen tegen de overlast van een ander en waar ligt hier een taak voor de overheid? Om deze vraag te beantwoorden, bevat dit boek een analyse van de verschillende juridische instrumenten die de particulieren tot hun beschikking hebben, de toepasselijkheid van grondrechten, de beschikbaarheid van adequate rechtsbescherming en de juridische toelaatbaarheid van samenwerking tussen de overheid en de particuliere beheerders.
Trefwoorden
bestuursrecht semipublieke ruimte openbare orde veiligheid publiek-private samenwerking grondrechten voetbal rechtsbescherming particuliere beveiliging regulering stadionverbod toezicht juridische instrumenten sancties openbaar vervoer horeca winkels overlast handhaving controlecultuur regulatory state publiekrecht privaatrecht neoliberalisme veiligheidsbeleid casestudieonderzoek
Trefwoorden
Specificaties
Inhoudsopgave
U kunt van deze inhoudsopgave een PDF downloaden
1 Inleiding 27
1.1 Onderwerp van onderzoek 27
1.1.1 Orde in het semipublieke domein 27
1.1.2 De gedeelde verantwoordelijkheid voor orde en veiligheid 28
1.1.3 Een onderzoek op het snijvlak van publiek- en privaatrecht 30
1.2 Achtergrond: orde en veiligheid in een controlecultuur en regulatory state 32
1.2.1 De groeiende private veiligheidssector 32
1.2.2 Het ontstaan van een controlecultuur 33
1.2.3 De ontwikkeling van de neoliberale regulatory state 36
1.2.4 De normatieve implicaties van deze ontwikkelingen voor de verhouding tussen overheid en private partijen 38
1.3 Methodologische verantwoording 42
1.3.1 Centrale onderzoeksvragen 42
1.3.2 Het juridisch perspectief 43
1.3.3 Het gebruik van casestudieonderzoek 46
1.3.3.1 De bruikbaarheid van casestudieonderzoek 46
1.3.3.2 De selectie van de cases toegelicht 47
1.3.3.3 Onderzoeksvragen en gebruikt materiaal 49
1.3.4 Deelvragen en de opzet van het boek 50
1.3.5 Eerdere publicaties 53
1.3.6 Inbedding in het onderzoeksprogramma 54
1.4 Afbakening van de kernbegrippen 55
1.4.1 Het semipublieke domein 55
1.4.1.1 Afbakening openbare plaatsen 55
1.4.1.2 Afbakening semipublieke plaatsen: voor het publiek toegankelijk, anders dan openbaar 56
1.4.1.3 Afbakening besloten plaatsen 57
1.4.1.4 Samenvatting 58
1.4.2 Orde en veiligheid 59
1.4.3 De particuliere beheerder 61
1.4.4 De verschillende fases van regulering 63
1.5 Maatschappelijke en wetenschappelijke relevantie 66
2 Orde bij voetbalwedstrijden 69
2.1 Inleiding 69
2.2 Achtergrond: de overlast rondom voetbalwedstrijden geschetst 70
2.3 Betrokken partijen 73
2.3.1 Particuliere beheerders: de KNVB en betaald voetbalorganisaties 73
2.3.2 Het publiek: supporters en hun belangenbehartigers 75
2.3.3 De overheid 76
2.3.3.1 De verhouding overheid-bvo 77
2.3.3.2 De verhouding overheid-(overlastgevend) publiek 78
2.3.4 Publiek private samenwerking 80
2.4 Bronnen van gedragsregels 81
2.4.1 KNVB Standaardvoorwaarden 82
2.4.1.1 Juridische kwalificatie: algemene voorwaarden 83
2.4.1.2 Gebondenheid: de bezoeker met een toegangskaart 84
2.4.1.3 Gebondenheid: de bezoeker zonder toegangskaart 87
2.4.1.4 Gebondenheid: de toevallige voorbijganger 89
2.4.1.5 Gebondenheid: de ‘voetbalhooligan’ elders 91
2.4.2 Huisregels 92
2.4.2.1 Juridische basis: het exclusieve zakelijke gebruiksrecht 93
2.4.2.2 Alternatieve juridische kwalificatie als algemene voorwaarden 94
2.4.3 Relevante algemeen verbindende voorschriften 94
2.4.3.1 Reguliere strafnormen relevant in het kader van voetbalwedstrijden 95
2.4.3.2 Alcoholmaatregelen 96
2.4.3.3 Reismaatregelen: de combiregeling 96
2.5 Toezicht 100
2.5.1 Toezichthoudende actoren 100
2.5.2 Instrumenten voor toezicht 101
2.6 Sanctionering: het stadionverbod 104
2.6.1 Beschrijving van de sanctie 104
2.6.2 Juridische basis 106
2.6.2.1 De KNVB Standaardvoorwaarden 106
2.6.2.2 Alternatieve juridische basis: het huisrecht en de volmacht 108
2.6.3 Handhaving van de stadionverboden 109
2.7 Sanctionering: betalingsverplichtingen 111
2.7.1 De privaatrechtelijke boete 111
2.7.2 De vordering tot schadevergoeding 114
2.8 Conclusie 114
3 Orde in winkels en horecagelegenheden 117
3.1 Inleiding 117
3.2 Achtergrond: de overlast in winkels en horecagelegenheden geschetst 118
3.3 Betrokken partijen 121
3.3.1 Particuliere beheerders: ondernemers en hun belangenbehartigers 121
3.3.2 Het publiek: consumenten en hun belangenbehartigers 122
3.3.3 De overheid 124
3.3.3.1 De verhouding overheid-ondernemer 124
3.3.3.2 De verhouding overheid-(overlastgevend) publiek 126
3.3.4 Publiek private samenwerking 127
3.4 Bronnen van gedragsregels 128
3.4.1 Huisregels 128
3.4.1.1 Juridische basis: het exclusieve zakelijke gebruiksrecht 129
3.4.1.2 Alternatieve juridische kwalificatie als contractuele voorwaarden 130
3.4.1.3 Totstandkoming verblijfsovereenkomst bij het bezoek van een winkel 131
3.4.1.4 Totstandkoming verblijfsovereenkomst bij het bezoek van een horecagelegenheid 132
3.4.1.5 Totstandkoming van een overeenkomst bij de koop van een goed of afname van een dienst 132
3.4.1.6 Goed bezoekerschap als gedragsnorm voor partijen, kwalificatie als algemene voorwaarden 134
3.4.2 Relevante algemeen verbindende voorschriften 136
3.5 Toezicht 137
3.5.1 Toezichthoudende actoren 138
3.5.1.1 Particuliere beveiligers 138
3.5.1.2 Stadswachten en winkelboa’s 140
3.5.2 Instrumenten voor toezicht 142
3.6 Sanctionering: de collectieve winkel- en horecaontzegging 145
3.6.1 Beschrijving van de sanctie 145
3.6.2 Betrokken partijen 146
3.6.3 Werkwijze 148
3.6.4 Juridische basis 152
3.6.4.1 Individuele ontzegging: het exclusieve zakelijke gebruiksrecht 152
3.6.4.2 Alternatieve basis: de verblijfsovereenkomst en de contractweigering 153
3.6.4.3 Collectieve ontzegging: vertegenwoordiging in ruime zin 154
3.6.4.4 Alternatieve basis: een bundeling van contractsvrijheid 156
3.6.4.5 Relevantie van de juridische basis van de collectieve ontzegging bij de vervolging wegens huisvredebreuk 156
3.6.4.6 De collectieve horecaontzegging uitgereikt door de politie 159
3.6.5 De handhaving van de collectieve ontzegging 160
3.7 Sanctionering: de overlastdonatie en andere directe aansprakelijkstelling 161
3.7.1 Beschrijving van de sanctie en betrokken partijen 161
3.7.2 Werkwijze 163
3.7.3 Juridische basis 165
3.7.3.1 De verbintenis uit onrechtmatige daad 165
3.7.3.2 De verbintenis uit een vaststellingsovereenkomst 168
3.7.3.3 Verhouding vaststellingsovereenkomst en de strafvervolging 170
3.7.3.4 Alternatieve juridische kwalificatie: een boetebeding in de verblijfsovereenkomst 172
3.7.3.5 Juridische kwalificatie bij benzinedieven: nakoming van de overeenkomst 173
3.8 Conclusie 174
4 Orde in het openbaar vervoer 177
4.1 Inleiding 177
4.2 Achtergrond: de overlast in het openbaar vervoer geschetst 178
4.3 Betrokken partijen 181
4.3.1 Particuliere beheerders: vervoerders 181
4.3.2 Het publiek: reizigers en hun belangenbehartigers 183
4.3.3 De overheid 186
4.3.3.1 De verhouding overheid-vervoerder 186
4.3.3.2 De verhouding overheid-(overlastgevend) publiek 190
4.3.4 Publiek private samenwerking 193
4.4 Bronnen van gedragsregels 195
4.4.1 Vervoerovereenkomst 195
4.4.1.1 Totstandkoming van een vervoerovereenkomst 196
4.4.1.2 Juridische kwalificatie: algemene voorwaarden 198
4.4.1.3 Gebondenheid: de reiziger met vervoersbewijs 199
4.4.1.4 Gebondenheid: de zwartrijder 201
4.4.1.5 Gebondenheid: de gebruiker van voorzieningen behorende bij het openbaar vervoer, niet zijnde een reiziger 201
4.4.2 Huisregels in het station 201
12 Orde in het semipublieke domein
4.4.3 Wet personenvervoer 2000 en andere relevante algemeen verbindende voorschriften 203
4.4.4 Verhouding Wp 2000 en vervoerovereenkomst 205
4.5 Toezicht 207
4.5.1 Toezichthoudende actoren 207
4.5.1.1 De controleur als boa 208
4.5.1.2 De controleur als Awb-toezichthouder 210
4.5.1.3 De controleur als particuliere toezichthouder 210
4.5.1.4 Met behulp van de sterke arm 211
4.5.2 Instrumenten voor toezicht 211
4.6 Sanctionering: Uitstel van Betaling (UVB) 214
4.6.1 Beschrijving van de sanctie en werkwijze 214
4.6.2 Juridische basis 215
4.6.2.1 De verschuldigde ritprijs 215
4.6.2.2 De wettelijke verhoging en administratiekosten 217
4.6.2.3 De UVB voor de abonnementhouder die niet heeft incheckt 220
4.6.3 Juridische kwalificatie van artikel 48 lid 2 Bp 2000: wettelijkefixatie van een privaatrechtelijk boetebeding 222
4.6.4 Verhouding met strafrechtelijke handhaving 224
4.7 Sanctionering: reis- en verblijfsverboden 225
4.7.1 Beschrijving van de sanctie 225
4.7.2 Juridische basis 226
4.7.2.1 De Wp 2000 227
4.7.2.2 Alternatief: algemene voorwaarden bij de vervoerovereenkomst en het huisrecht 229
4.7.3 Juridische kwalificatie: publiek of privaat? 229
4.7.4 Handhaving van de reis- en verblijfsverboden 233
4.8 Conclusie 235
5 De hoedanigheden van de overheid in het semipublieke domein 239
5.1 Inleiding 239
5.2 Reguleringsstrategieën voor het borgen van maatschappelijke en publieke belangen 241
5.2.1 Orde in het semipublieke domein als maatschappelijk en publiek belang 241
5.2.2 Reguleringsstrategieën voor het borgen van publieke belangen 244
5.3 Regulering van gedrag van burgers 247
5.3.1 Wet- en regelgeving in het semipublieke domein 247
5.3.2 Gedragsregulering via het strafrecht 249
5.3.3 Gedragsregulering via het bestuursrecht 252
5.3.3.1 Functies van het bestuursrecht 252
5.3.3.2 Regulering van de exploitatie van het semipublieke domein via vergunningstelsels in ruime zin 253
5.3.3.3 Toezichtstaak van de burgemeester (artikel 174 Gemeentewet) 256
5.3.3.4 Alternatieven voor vergunningstelsels in verband met de verlaging van de ‘regeldruk’ 259
5.3.4 Gedragsregulering via het vermogensrecht 260
5.3.4.1 Functies van het vermogensrecht 260
5.3.4.2 Het vermogensrecht in het semipublieke domein 262
5.3.5 Slotsom: samenhang van de rechtsgebieden in het semipublieke domein 264
5.4 De handhaving van de openbare orde 265
5.4.1 De taak van de burgemeester 265
5.4.2 Verstoring van de openbare orde als competentiecriterium 268
5.4.3 De functie van de handhaving van de openbare orde 272
5.4.4 De drieledige taak van de politie 275
5.4.5 Slotsom: het openbare-orderecht in het semipublieke domein 279
5.5 Een andere manier van regulering van particuliere beheerders: PPS 280
5.5.1 Kenmerken van PPS 280
5.5.2 Het (rechts)karakter van convenanten 282
5.5.3 Motieven voor PPS 285
5.5.3.1 Motieven aan de zijde van de private partijen 285
5.5.3.2 Motieven aan de zijde van de overheid 286
5.5.3.3 Gedeelde motieven 287
5.5.3.4 Kanttekening: de eigen belangen van partijen bepalen hun motivatie 289
5.5.4 Juridische randvoorwaarden voor het aangaan van PPS 289
5.5.4.1 Het legaliteitsbeginsel en de vrije wil bij de totstandkoming van een PPS 289
5.5.4.2 De doorkruisingsleer 292
5.5.4.3 Materiële waarborgen als belemmering 299
5.5.5 De lokale regie van de burgemeester? 301
5.5.6 Slotsom: de toegevoegde waarde van PPS 302
5.6 De waarborging van fundamentele rechten in horizontale rechtsverhoudingen 303
5.6.1 De bescherming van fundamentele rechten: verticale en horizontale werking 304
5.6.2 De positieve verplichting van de overheid om horizontale werking te waarborgen 307
5.6.3 Gronden voor de bescherming van fundamentele rechten in het vermogensrecht 310
5.6.3.1 De aanwezigheid van macht 311
5.6.3.2 Bijdrage aan publieke belangen en de uitoefening van een publieke taak 314
5.6.3.3 Gemeenschappelijke rechten, algemene rechtsbeginselen 316
5.6.3.4 Slotsom 320
5.6.4 Wijze van doorwerking: een vraag naar reguleringstechnieken 320
5.6.4.1 Het samenspel tussen de wetgever en de rechter 321
5.6.4.2 Het bestuur als partner in een PPS 324
5.6.4.3 Zelfregulering 325
5.6.5 Slotsom: de overheid als ‘hoeder’ van fundamentele rechten in het horizontale rechtsverkeer 327
5.7 Conclusie 329
6 Particuliere belangen in het semipublieke domein 331
6.1 Inleiding 331
6.2 De belangen van particuliere beheerders 332
6.2.1 Het voorkomen van schade aan eigendom en reputatie 332
6.2.1.1 Belang bij schadevoorkoming 333
6.2.1.2 Het fundamentele karakter van de belangen van de ondernemer 335
6.2.2 De nakoming van verplichtingen jegens zijn publiek: ‘goed beheerderschap’ als zorgplicht 337
6.2.2.1 Het voorkomen van aansprakelijkheid op grond van de onrechtmatige daad 337
6.2.2.2 Overlast en onveiligheid als tekortkoming in de nakoming van de (verblijfs)overeenkomst 344
6.2.3 De nakoming van publiekrechtelijke verplichtingen 347
6.2.3.1 Publiekrechtelijke verplichtingen voor de beheerder 347
6.2.3.2 Vrijwarende werking van de vergunning 349
6.2.4 Bijdrage aan een algemeen belang? 352
6.3 Belangen van het publiek 354
6.3.1 Belang bij veiligheid en voorkomen van schade 355
6.3.2 Belang bij toegang tot publieke voorzieningen en social resources 356
6.3.3 Belang bij gelijke toegang tot het semipublieke domein 358
6.3.4 Belang bij privacy in de semipublieke ruimte 361
6.3.5 Bijzondere belangen van personen die een sanctie of maatregel opgelegd krijgen 362
6.4 De belangenafweging in het vermogensrecht 363
6.4.1 De moeilijkheden van de belangenafweging 364
6.4.1.1 De belangenafweging in juridisch perspectief 364
6.4.1.2 De belangenafweging in het vermogensrecht 365
6.4.1.3 De methode van de belangenafweging in het vermogensrecht 366
6.4.1.4 Het gewicht van fundamentele rechten 368
6.4.2 De verbetering van (het inzicht in) de belangenafweging 372
6.4.2.1 De motivering van de afweging 372
6.4.2.2 De formulering van vuistregels 373
6.4.2.3 Concretisering van de belangenafweging 374
6.4.2.4 Redeneren vanuit het perspectief van de instrumentele functie van het privaatrecht 375
6.5 Conclusie 376
7 Juridische randvoorwaarden bij particuliere orderegulering 379
7.1 Inleiding 379
7.2 Gedragsregulerende contracten 380
7.2.1 Inleiding 380
7.2.2 Het algemene contractenrecht: de volledige waaier van randvoorwaarden 382
7.2.2.1 Contractsvrijheid als vertrekpunt 382
7.2.2.2 Non-discriminatie bij de levering van goederen en diensten 383
7.2.2.3 Het leerstuk van de wilsgebreken 385
7.2.2.4 Strijd met de openbare orde, goede zeden 386
7.2.2.5 De eisen van redelijkheid en billijkheid 389
7.2.2.6 Vernietigbaarheid van de algemene voorwaarden 393
7.2.2.7 Samenhang met het huisrecht 396
7.2.3 Discriminatoire toegangsvoorwaarden 397
7.2.3.1 Systematiek van de Awgb, toepassing op toegangsvoorwaarden 398
7.2.3.2 Slotsom 399
7.2.4 Vrije wilsvorming bij economische machtspositie en de standaardovereenkomst 400
7.2.4.1 De economische machtspositie 400
7.2.4.2 De standaardovereenkomst 403
7.2.4.3 Slotsom 403
7.2.5 Toegankelijkheid van de algemene voorwaarden 404
7.2.5.1 Terhandstelling niet nodig bij massacontracten, artikel 6:234 BW 405
7.2.5.2 Overeenkomsten met dienstverrichters: artikel 6:230c lid 3 BW 409
7.2.5.3 Slotsom 409
7.2.6 Open geformuleerde gedragsnormen 410
7.2.6.1 Open normen in algemene voorwaarden: onredelijk bezwarend? 411
7.2.6.2 Factoren die de invulling van open normen beïnvloeden 414
7.2.6.3 Rechtszekerheid bij open normen 415
7.2.6.4 Slotsom 416
7.2.7 Verhouding publiekrechtelijke en privaatrechtelijke gedragsregels 417
7.2.7.1 Dezelfde en strengere gedragsregels 417
7.2.7.2 Bepalingen die leiden tot eigenrichting zijn nietig 418
7.2.7.3 Enige kanttekeningen bij ‘defiancy up’ via private gedragsregulering 419
7.2.7.4 Slotsom 421
7.2.8 Conclusie 422
7.3 Privacygevoelig toezicht 424
7.3.1 Inleiding 424
7.3.2 Het algemene privacyrecht: de volledige waaier van randvoorwaarden 425
7.3.2.1 Artikel 10 Grondwet 426
7.3.2.2 Artikel 8 EVRM 427
7.3.2.3 Dataprotectie in het EU-recht 428
7.3.2.4 Systematiek van de Wbp 429
7.3.2.5 Reikwijdte: privacy in het (semi)publieke domein 431
7.3.3 Identificatiecontrole en de verwerking van gegevens 432
7.3.3.1 Verzoek om inzage in het identiteitsbewijs 433
7.3.3.2 Kopie van het identiteitsbewijs 435
7.3.3.3 De verwerking van gevoelige gegevens 437
7.3.3.4 De eisen aan toestemming van de betrokkene 438
7.3.3.5 Verwerking van persoonsgegevens in een gemeenschappelijke zwarte lijst 440
7.3.3.6 Slotsom 443
7.3.4 Cameratoezicht 443
7.3.4.1 Juridische randvoorwaarden bij het gebruik van privaatrechtelijk cameratoezicht 444
7.3.4.2 Openbaarmaking van de camerabeelden 445
7.3.4.3 Publiekrechtelijk cameratoezicht in het semipublieke domein 448
7.3.5 Fouillering aan de kleding en tassencontroles 449
7.3.5.1 Juridische randvoorwaarden bij het gebruik van onderzoek aan kleding en persoonlijke bezittingen 449
7.3.5.2 Publiekrechtelijke fouillering in het semipublieke domein 453
7.3.5.3 Slotsom 454
7.3.6 Conclusie 455
7.4 Uitsluiting als sanctie 457
7.4.1 Inleiding 457
7.4.2 Juridische kaders: een volledige en gevarieerde waaier 458
7.4.2.1 Onrechtmatige daad 459
7.4.2.2 De beperkende werking van de redelijkheid en billijkheid 460
7.4.2.3 Misbruik van bevoegdheid 461
7.4.2.4 Belemmering van het vrij verkeer van diensten 462
7.4.2.5 Juridisch kader in het geval van publiekrechtelijke uitsluiting 462
7.4.3 Discriminatoire en willekeurige uitsluiting 464
7.4.3.1 Het verbod van discriminatie 464
7.4.3.2 Niet-discriminatoire willekeur 465
7.4.3.3 Slotsom 466
7.4.4 Beperking van de bewegingsvrijheid en toegang tot publieke voorzieningen en social resources 466
7.4.4.1 Reikwijdte van het recht op bewegingsvrijheid 467
7.4.4.2 Onrechtmatige uitsluiting van toegang tot essentiële publieke voorzieningen en social resources 469
7.4.4.3 Onredelijke en onbillijke uitsluiting van toegang tot essentiële publieke voorzieningen en social resources 475
7.4.4.4 Misbruik van bevoegdheid 480
7.4.4.5 Slotsom: gemeenschappelijke factoren 483
7.4.5 Beperking van het gebruik van voor het publiek toegankelijke zaken 485
7.4.5.1 Toepasselijk recht in het geval van openbare zaken 485
7.4.5.2 Een aanspraak op gebruik van een openbare zaak? 489
7.4.5.3 De relevantie voor semipublieke plaatsen 490
7.4.5.4 Slotsom 491
7.4.6 Conclusie 492
7.5 De betalingsverplichting als sanctie 493
7.5.1 Inleiding 493
7.5.2 De schadevergoeding op grond van de onrechtmatige daad 494
7.5.2.1 Grondslagen en functies van het aansprakelijkheidsrecht 495
7.5.2.2 Kwalificatie van overlast in het semipublieke domein als een onrechtmatige daad 497
7.5.3 De privaatrechtelijke boete bij niet-nakoming van de overeenkomst 499
7.5.3.1 De verschillende functies van het boetebeding 500
7.5.3.2 Begrenzingen van het gebruik van boetebedingen en vordering van de boete 501
7.5.3.3 Matiging van de boete 503
7.5.3.4 Het boetebeding in Europeesrechtelijk perspectief 505
7.5.3.5 De toetsing door de rechter 507
7.5.4 De schadevergoeding voortvloeiend uit een vaststellingsovereenkomst 507
7.5.4.1 Functie van de vaststellingsovereenkomst bij winkeldiefstal 508
7.5.4.2 Bedreiging: dreigen met aangifte? 508
7.5.4.3 Misbruik van omstandigheden? 510
7.5.4.4 Dwaling in geval van vrijspraak of sepot na ondertekening van een overlastdonatie? 511
7.5.4.5 Vernietigbaarheid wegens strijd met de redelijkheid en billijkheid 512
7.5.4.6 Slotsom 513
7.5.5 Conclusie 513
7.6 Afsluiting 514
8 De juridische implicaties van publiek-private samenwerking 517
8.1 Inleiding 517
8.2 Samenwerking door gegevensuitwisseling: één en één is meer dan twee 519
8.2.1 De vordering van inzage in het identificatiebewijs als beginpunt 520
8.2.2 Juridische basis Voetbal Volgsysteem (VVS) 522
8.2.2.1 Situatie vóór 1 september 2004: Wet openbaarheid van bestuur 523
8.2.2.2 Situatie na 1 september 2004: artikel 39f Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens 524
8.2.3 Alternatieve juridische basis: de Wet politiegegevens 526
8.2.4 Gegevensuitwisseling buiten PPS 528
8.3 Cumulatie van sancties en maatregelen als resultaat van samenwerking 529
8.3.1 Cumulatie en het ne bis in idem beginsel 530
8.3.2 De aard van de verschillende sancties in het semipublieke domein 533
8.3.2.1 Aard van de strafrechtelijke sancties 533
8.3.2.2 Aard van de bestuurlijke sancties 535
8.3.2.3 Aard van de privaatrechtelijke sancties 536
8.3.2.4 Toepassing van het ne bis in idem-beginsel? 537
8.3.3 De koppeling van strafrechtelijke en private sancties 537
8.3.4 De koppeling van bestuurlijke maatregelen en private sancties 540
8.3.5 Slotsom 542
8.4 Gevolgen van PPS voor de materiële normering van particuliere sancties 543
8.4.1 Uitgangspunt: vermogensrechtelijke rechtsbetrekking 543
8.4.2 Toepasselijkheid van grondrechten 544
8.4.3 Toepasselijkheid van algemene beginselen van behoorlijk bestuur 546
8.4.4 Toepasselijkheid van strafrechtelijke waarborgen 549
8.4.5 Slotsom 550
8.5 Formele controle bij de cumulatie van sancties en uitvoering van PPS 551
8.5.1 Rechtsbescherming bij gegevensuitwisseling 553
8.5.2 Klachtencommissies als eerste loket van bezwaar bij private sancties 555
8.5.2.1 De wettelijke en buitenwettelijke regeling van klachtencommissies, taakstelling en toetsing 556
8.5.2.2 De verschillende samenstelling van de commissies 558
8.5.2.3 Verhouding tot rechtsbescherming bij de onafhankelijke rechter 560
8.5.3 Verschillende wegen van rechtsbescherming bij de rechter 562
8.5.3.1 De burgerlijke rechtsvordering 562
8.5.3.2 De strafrechtelijke procedures 564
8.5.3.3 De bestuursrechtelijke rechtsbescherming 569
8.5.3.4 Overige instanties: College voor de Rechten van de Mens en Nationale ombudsman 571
8.5.4 Slotsom: gefragmenteerde accountability 572
8.6 Van fragmentatie naar integratie 574
8.6.1 De knelpunten van gefragmenteerde controle 574
8.6.2 Naar een betere afstemming van sanctiestelsels en de bijbehorende rechtsbescherming 577
8.6.3 Naar een integrale toets 579
8.6.3.1 De samenstelling van een integrale klachtencommissie 580
8.6.3.2 Taakopvatting en werkwijze 582
8.6.3.3 De regulering van integrale commissies 583
8.7 Afsluiting 586
9 Conclusies 589
9.1 Inleiding 589
9.2 Het pluralistische karakter van de orderegulering in het semipublieke domein 590
9.3 De beantwoording van de centrale onderzoeksvragen 593
9.3.1 Het vermogensrecht als kern bij de orderegulering in het semipublieke domein 593
9.3.1.1 Subjectieve vermogensrechten bieden een juridische basis voor particuliere orderegulering 594
9.3.1.2 Het objectieve vermogensrecht biedt juridische randvoorwaarden 595
9.3.1.3 Aanvulling in wet- en regelgeving 598
9.3.2 Het openbare-orderecht in ruime zin 600
9.3.3 De juridische implicaties van PPS 601
9.3.3.1 De juridische toelaatbaarheid van PPS-convenanten, gevolgen voor normering 602
9.3.3.2 Gegevensuitwisseling als crux 603
9.3.4 De verbetering van accountability 603
9.4 De juridische positie van de overheid: anchored pluralism 605
9.5 De afstemming van normen- en sanctiestelsels bij pluralistische regulering van publieke belangen 609
Samenvatting 611
Summary 621
Literatuur 631
Curriculum Vitae 659
Trefwoordenregister 661
Reeds verschenen in de reeks Openbare orde, Veiligheid & Recht 665
Anderen die dit e-book kochten, kochten ook
Net verschenen
Rubrieken
- aanbestedingsrecht
- aansprakelijkheids- en verzekeringsrecht
- accountancy
- algemeen juridisch
- arbeidsrecht
- bank- en effectenrecht
- bestuursrecht
- bouwrecht
- burgerlijk recht en procesrecht
- europees-internationaal recht
- fiscaal recht
- gezondheidsrecht
- insolventierecht
- intellectuele eigendom en ict-recht
- management
- mens en maatschappij
- milieu- en omgevingsrecht
- notarieel recht
- ondernemingsrecht
- pensioenrecht
- personen- en familierecht
- sociale zekerheidsrecht
- staatsrecht
- strafrecht en criminologie
- vastgoed- en huurrecht
- vreemdelingenrecht