Samenvatting
De Nationale ombudsman ontleent zijn kracht aan factoren die uniek zijn in een politiek bestuurlijke context. Dat maakt het mogelijk om klachten van burgers over de overheid middels onderzoek, interventie of bemiddeling op te pakken. Bij zijn oordeel maakt hij gebruik van behoorlijkheidsnormen. Deze oordelen kunnen speciale media-aandacht en aandacht van de Tweede Kamer krijgen. De Nationale ombudsman wordt gekenmerkt door zijn onafhankelijkheid. Hij heeft weliswaar onderzoeksbevoegdheden vergelijkbaar met een rechter of een parlementaire enquêtecommissie, maar kan geen bindende besluiten nemen.
Als Hoog College van Staat is de Nationale ombudsman – naast beide Kamers der Staten-Generaal, de Raad van State en de Algemene Rekenkamer – een van de constitutionele partners in het stelsel van checks and balances. Hij bestaat pas 25 jaar en is daarmee de benjamin van deze colleges. Staat deze benjamin inmiddels goed op de kaart en waar gaat hij naartoe? Deze bundel biedt een schat aan reflectie en inspiratie.
Uiteenlopende wetenschappers, spelers en adviseurs in het openbaar bestuur hebben zich gebogen over het werk van de Nationale ombudsman in de afgelopen 25 jaar. Wat is er bereikt, waar ligt zijn kracht, waar zijn zwaktes en waar liggen kansen? Hoe ziet de burger 'de overheid'? Wanneer is een burger tevreden en waarom stappen burgers naar de Nationale ombudsman? Wat kunnen overheden leren van oordelen van de ombudsman? Welke behoorlijkheidsnormen gelden voor de overheid en hoe hebben die zich ontwikkeld? Hoe staat het met de behoorlijkheid van burgers? Welke tendensen zijn zichtbaar wanneer de gegevens van de Nationale ombudsman worden onderworpen aan 'datamining'? Welke behoorlijkheidsvraagstukken vloeien voort uit de internationalsering en informatisering?
Deze uiteenlopende vragen worden beantwoord in de bijdragen die in deze bundel zijn opgenomen.
Specificaties
Inhoudsopgave
(A.F.M. Brenninkmeijer)
Voorwoord
(G.A. Verbeet)
DEEL 1 NAAR EEN BETERE OVERHEID
Leren van de Nationale ombudsman
(P.L. Meurs)
Klaag niet over klachten, verbeter de organisatie
(S.J. Stuiveling)
Ongekende klachten. Over het doorgronden en doorbreken van kafkaiaanse impasses
(J. de Jong en A. Zuurmond)
Behoorlijke dienstverlening. Organiseren van interfaces tussen publieke dienstverleners en cliënten
(M. Noordegraaf en A.J. Meijer)
Het probleem achter de klacht
(J.M. Barendrecht, S. Harchaoui en R. Janssens)
DEEL 2 OPTIMALISEREN VAN DE RELATIE TUSSEN BURGER EN OVERHEID
Technocratie en de toekomstagenda van de Nationale ombudsman
(J.E.J. Prins)
Werken aan behoorlijkheid … en daadoor óók aan vertrouwen in de overheid? De 'vertrouwenstheorie' van de Nationale ombudsman nader bezien
(P. de Jong)
Tweezijdige behoorlijkheid
(G. van den Brink en G. van Os)
Andere kijk op de overheid
(P. Schnabel)
Procedurele rechtvaardigheid: beleving en implicaties
(K. van den Bos)
Wie klaagt bij de Nationale ombudsman? Een empirisch onderzoek naar het normatieve profiel van verzoekers
(M.L.M. Hertogh)
DEEL 3 OMBUDSPROFESSIE
De opmars van interventie. Tevredenheid over interventies van de Nationale ombudsman
(M.C. Euwema, S.W.P. Aaij, D. Landzaat & J.W.E. Langen)
De lange weg van de Nationale ombudsman
(M. Oosting)
Ombudsprudentie in ontwikkeling
(Ph.M. Langbroek & P.P. Rijpkema)
Klachtenprofielen, trefkansen en intermediairs. De Nationale ombudsman tussen 1985 en 2006
(J.J. van Dijk, F.L. Leeuw en R. Choenni)
Het bereik van de Nationale ombudsman
(E.C. Drexhage)
De Nationale ombudsman in Europees perspectief
(R.A. Lawson)
Nawoord
(H.D. Tjeenk Willink)
Anderen die dit boek kochten, kochten ook
Net verschenen
Rubrieken
- aanbestedingsrecht
- aansprakelijkheids- en verzekeringsrecht
- accountancy
- algemeen juridisch
- arbeidsrecht
- bank- en effectenrecht
- bestuursrecht
- bouwrecht
- burgerlijk recht en procesrecht
- europees-internationaal recht
- fiscaal recht
- gezondheidsrecht
- insolventierecht
- intellectuele eigendom en ict-recht
- management
- mens en maatschappij
- milieu- en omgevingsrecht
- notarieel recht
- ondernemingsrecht
- pensioenrecht
- personen- en familierecht
- sociale zekerheidsrecht
- staatsrecht
- strafrecht en criminologie
- vastgoed- en huurrecht
- vreemdelingenrecht