De rechtspositie van de verenigingsbestuurder-werknemer
De invloed van het ontslagrecht onder de Wwz op de verenigingsbestuurder-werknemer
Samenvatting
De Hoge Raad heeft in de 15 april-arresten bepaald dat een bestuurder die tevens werknemer is van een rechtspersoon daarmee een ‘duale verhouding’ heeft. Bij een ontslag zijn het rechtspersonenrecht en het arbeidsrecht beide van toepassing. Uit de 15 april-arresten bleek voor de vennootschap dat het vennootschapsrechtelijk ontslag ook automatisch het einde van de arbeidsovereenkomst tussen de bestuurder-werknemer en de vennootschap met zich meebracht. Bij de verenigingsbestuurder-werknemer was dit onmogelijk vanwege de algemene ontslagtoets op grond van het Buitengewoon Besluit Arbeidsverhoudingen.
In dit boek onderzoekt mr. José Teekman hoe deze kwestie onder de Wet werk en zekerheid is geregeld voor de verenigingsbestuurder die tevens een arbeidsovereenkomst met die vereniging heeft. Daarbij kan worden gedacht aan ANWB, de KNVB, de FNV, de Consumentenbond, de Landelijke Huisartsen Vereniging, de Nederlandse Vereniging van Makelaars en Taxateurs, woningbouwverenigingen en politieke partijen.
Achtereenvolgens behandelt zij de rechtsverhouding van de verenigingsbestuurder-werknemer met de vereniging, de 15 april-arresten van de Hoge Raad, het ontslag van de verenigingsbestuurder-werknemer onder de Wwz en diens (vernieuwde) rechtspositie. Ook gaat zij in op het aanvechten van het ontslagbesluit door de verenigingsbestuurder-werknemer: zowel verenigingsrechtelijke acties op basis van Boek 2 BW als de arbeidsrechtelijke weg.
Specificaties
Inhoudsopgave
U kunt van deze inhoudsopgave een PDF downloaden
1 Inleiding 1
1.1 Introductie onderwerp en aanleiding onderzoek 1
1.2 Probleemstelling 4
1.3 Plan van aanpak en verantwoording 5
1.4 Afbakening van het onderwerp 5
2 De dualistische band tussen de verenigingsbestuurderwerknemer en de vereniging en ontslag 7
2.1 De rechtspersonenrechtelijke band 8
2.1.1 Benoeming 9
2.1.2 Rechtsverhouding tussen vereniging en bestuurder 11
2.1.3 Vertrouwensrelatie 13
2.2 De arbeidsrechtelijke band 14
2.2.1 Vereisten arbeidsovereenkomst 15
2.2.1.1 Gezagsverhouding 16
2.2.1.2 Arbeid 16
2.2.1.3 Loon 17
2.2.1.4 Gedurende een zekere tijd 17
2.2.1.5 Arbeidsovereenkomst? 17
2.3 Verhouding vereniging en bestuurder-werknemer bij ontslag 18
2.3.1 De gemengde rechtsbetrekking 19
2.3.2 De dubbele gekoppelde rechtsbetrekking 21
2.3.3 De gekleurde rechtsbetrekking 22
2.3.4 De dubbele/duale rechtsbetrekking 22
2.3.5 De 15 april-arresten: duidelijkheid voor de vennootschapsbestuurder-werknemer 25
2.3.6 Kwalificatie rechtsbetrekking verenigingsbestuurder-werknemer 26
2.4 Conclusie hoofdstuk 27
3 Het ontslag van de verenigingsbestuurder-werknemer 29
3.1 De verenigingsrechtelijke kant van het ontslag 30
3.1.1 Art. 2:37 lid 6 BW : ‘Ontslag te allen tijde...’ 30
3.1.2 ‘... door het orgaan dat hem heeft benoemd’ 33
3.1.3 Geen herstel arbeidsovereenkomst 36
3.1.4 Gevolg verenigingsrechtelijk ontslag 37
3.2 De arbeidsrechtelijke kant van het ontslag naar oud recht 37
3.2.1 Ontslagrecht voor 1 juli 2015 37
3.2.2 Gevolg van het verenigingsrechtelijke ontslag op de arbeidsovereenkomst 38
3.2.3 Wijzen van beëindiging van arbeidsovereenkomst 38
3.2.4 Eenzijdige opzegging: regelmatig en onregelmatig 41
3.2.5 Ontslagverboden bij opzegging 41
3.2.5.1 Bijzondere opzegverboden 42
3.2.5.2 Algemeen opzegverbod 43
3.2.6 Ontslagvergunning van art. 6 lid 1 BBA en de verenigingsbestuurder-werknemer 45
3.2.7 Kennelijk onredelijk ontslag 50
3.2.8 Conclusie oud ontslagrecht 51
3.3. De arbeidsrechtelijke kant van het ontslag naar het nieuwe ontslagrecht 52
3.3.1 Invoering en overgangsrecht 53
3.3.2 Belangrijke punten in het nieuwe ontslagrecht 53
3.3.3 De ontslaggrond bepaalt de ontslagroute 53
3.3.4 Ontslaggronden zijn limitatief opgenomen in de wet 54
3.3.5 BBA vervallen 55
3.3.6 Preventieve ontslagtoets 56
3.3.7 Schriftelijke instemming opzegging arbeidsovereenkomst 57
3.3.8 De rechtsregels van de 15 april-arresten en de verenigingsbestuurder 58
3.3.9 Opzeggen arbeidsovereenkomst onder het nieuwe ontslagrecht 60
3.3.10 Opzeggen arbeidsovereenkomst onder het nieuwe ontslagrecht: verenigingsbestuurderwerknemer 62
3.3.11 Transitievergoeding 68
3.3.12 Billijke vergoeding 70
3.3.13 Procedurele veranderingen; hoger beroep en cassatie 70
3.3.14 Herroepingsrecht bij instemming opzeggen in strijd met opzegverbod 71
3.3.15 Bedenktijd bij ontslag met wederzijds goedvinden 72
3.3.16 Concurrentiebeding 73
3.3.17 Veranderingen arbeidscontracten voor bepaalde tijd 73
3.3.17.1 Aanzegplicht 73
3.3.17.2 Ketenregeling 75
3.3.18 Gevolgen van de Wwz voor de verenigingsbestuurder-werknemer 76
3.4 Conclusie hoofdstuk 78
4 Aantasting van het ontslag(besluit) 81
4.1 Verenigingsrechtelijke acties op grond van Boek 2 BW 81
4.1.1 Nietigheid van het ontslagbesluit op grond van art. 2:14 BW 82
4.1.2 Vernietiging ontslagbesluit op grond van art. 2:15 lid 1 sub a BW 83
4.1.3 Vernietiging ontslagbesluit op grond van art. 2:15 lid 1 sub b BW 84
4.2 Arbeidsrechtelijke acties 88
4.2.1 Ontslagrecht oud: kennelijk onredelijk ontslagprocedure (7:681 BW (oud)) 89
4.2.2 Opzeggen in strijd met een arbeidsrechtelijk opzegverbod 90
4.2.3 Verzoek tot toekenning billijke vergoeding op grond van art. 7:682 lid 3 BW 90
4.2.4 De billijke vergoeding 92
4.3 Conclusie hoofdstuk 93
5 Conclusies 95
Geraadpleegde literatuur 101
Geraadpleegde jurisprudentie 105
Anderen die dit boek kochten, kochten ook
Net verschenen
Rubrieken
- aanbestedingsrecht
- aansprakelijkheids- en verzekeringsrecht
- accountancy
- algemeen juridisch
- arbeidsrecht
- bank- en effectenrecht
- bestuursrecht
- bouwrecht
- burgerlijk recht en procesrecht
- europees-internationaal recht
- fiscaal recht
- gezondheidsrecht
- insolventierecht
- intellectuele eigendom en ict-recht
- management
- mens en maatschappij
- milieu- en omgevingsrecht
- notarieel recht
- ondernemingsrecht
- pensioenrecht
- personen- en familierecht
- sociale zekerheidsrecht
- staatsrecht
- strafrecht en criminologie
- vastgoed- en huurrecht
- vreemdelingenrecht