Privacy en Artificial Intelligence
Een rechtsfilosofische beschouwing over het Europees privacyrecht aan de hand van Kierkegaard en Mill
Samenvatting
Artificial Intelligence zal vergaande gevolgen en veranderingen voor het individu en de samenleving met zich meebrengen, zowel juridische als ethisch-filosofische. De vraag is of techbedrijven voldoende oog hebben voor de risico’s van AI en hun morele verantwoordelijkheid nemen, of dat hun door de markt en maatschappij ingegeven streven naar winst en innovatiedrang hen hierbij in de weg zit. In een poging de ontwikkeling van ‘betrouwbare’ AI te garanderen (‘goedaardige intelligentie’) is wellicht een intensievere coördinerende rol van de internationale politiek gewenst.
In dit boek onderzoekt mr. Bernard de Wit in hoeverre er een actieve verplichting op techbedrijven dient te rusten om betrouwbare AI te ontwikkelen die de privacy van de burger respecteert. Daarbij staan de juridische noties van het recht op privacy en het daarmee samenhangende, meer filosofische begrip ‘vrijheid’ centraal. De auteur richt zich voornamelijk op regelgeving van de Europese Unie, daar zij vaandeldrager is op het gebied van ‘betrouwbare’ AI.
Het boek begint met een beschrijving van de geschiedenis, de technologische stand van zaken en de potentie van AI, alsmede privacyrisico’s en dilemma’s die aan AI zijn verbonden. Vervolgens wordt het juridische kader aan de hand van regelgeving van EU behandeld. Daarna schetst de auteur aan de hand van twee grote denkers uit de 19e eeuw – John Stuart Mill (utilisme) en Søren Aabye Kierkegaard (existentialisme) – een (rechts)filosofisch kader waarbinnen betrouwbare AI-ontwikkeling in de toekomst kan plaatshebben.
Tot slot beschrijft de auteur wat onder ‘betrouwbare AI’ kan worden verstaan en doet hij enkele concrete aanbevelingen voor een proactiever juridisch stelsel.
Specificaties
Inhoudsopgave
Lijst van gebruikte afkortingen en verkorte aanduidingen XIII
Begrippenkader XV
Onderzoeksopzet 1
1 Artificial Intelligence: geschiedenis, technologie en privacyrisico’s 7
1.1 G eschiedenis AI 7
1.2 Wat is AI? 8
1.2.1 Definities AI 8
1.2.2 Narrow AI, AGI en Super AI 9
1.3 Technologische stand van zaken 10
1.3.1 Anno 2019 10
1.3.2 De toekomst 11
1.4 Risico’s van AI 12
1.4.1 Inleiding 12
1.4.2 Definitie en achtergrond van het privacybegrip 13
1.4.3 Achtergrond van privacyrisico’s 14
1.4.4 Privacybeperking door narrow AI 15
1.4.5 Privacybeperking door AGI 17
1.5 Tussenconclusie 18
2 Juridisch privacykader van Artificial Intelligence 21
2.1 Handvest van de grondvesten van de Europese Unie 21
2.1.1 Inleiding Handvest 21
2.1.2 Achtergrond Handvest 22
2.1.3 Artikel 7 Handvest 23
2.1.4 Artikel 8 Handvest 24
2.1.5 AI-relevante jurisprudentie 25
2.2 Algemene Verordening Gegevensbescherming 26
2.2.1 Inleiding AVG 26
2.2.2 Definities en reikwijdte AVG 27
2.2.3 AVG-jurisprudentie 27
2.3 E thische Richtsnoeren voor Betrouwbare AI 28
2.3.1 Inleiding ERBAI 28
2.3.2 Kernpunten ERBAI 29
2.3.3 Ethische vereisten AI 29
2.4 Analyse huidig juridisch kader 30
2.4.1 Handvest 30
2.4.2 AVG 31
2.4.3 ER BAI 31
2.5 Huidig juridisch kader: een balans 32
2.6 Tussenconclusie 33
3 Rechtsfilosofisch kader 35
3.1 Wat is ethiek? 35
3.2 Utilistische nutsethiek van Mill 36
3.2.1 Millsiaanse geluksopvatting 36
3.2.2 Vrijheid en begrenzing 38
3.2.3 Mill en AI 39
3.2.4 AI in de geest van Mill gewogen: nutsvermeerdering met een noodrem 39
3.3 E xistentiële ethiek Kierkegaard 41
3.3.1 Personalistische dialectiek 41
3.3.2 Waarheid voor de waarachtige Mens 42
3.3.3 Kierkegaard en AI 43
3.3.4 AI in de geest van Kierkegaard gewogen: het existentialistisch alternatief 44
3.4 Tussenconclusie 46
4 Van abstract naar concreet: een proactief juridisch regime 47
4.1 Uitgangspunten voor betrouwbare AI 47
4.1.1 De mens centraal 47
4.1.2 Het juiste midden 48
4.2 Proactief-preventief regime voor betrouwbare AI 49
4.2.1 Verandering karakter juridisch kader 49
4.2.2 Analogie weerbare democratische rechtsstaat 49
4.2.3 Precedent Biogeneeskunde 50
4.3 Aanbeveling I: zorgplicht op internationaal niveau 51
4.4 Aanbeveling II: meer verantwoordelijkheid voor techbedrijven 52
4.4.1 Verantwoordelijkheid techbedrijven 52
4.4.2 Corporate citizenship 53
4.4.2 AI-ethiekraad 54
4.5 Aanbeveling III: Europese toezichthouder 55
4.5.1 Aanvullende externe controlemogelijkheden 55
4.5.2 Taak van de EU 55
4.5.3 Samenstelling 57
4.5.4 Taken en bevoegdheden 57
4.6 Tussenconclusie 58
Conclusie 61
Appendix 1: AI-leervormen 65
Appendix 2: Schematisch overzicht 67
Geraadpleegde literatuur 69
Geraadpleegde verdragen, wetgeving en overige documenten 79
Geraadpleegde jurisprudentie 81
Mensen die dit boek kochten, kochten ook...
Net verschenen
Rubrieken
- aanbestedingsrecht
- aansprakelijkheids- en verzekeringsrecht
- accountancy
- algemeen juridisch
- arbeidsrecht
- bank- en effectenrecht
- bestuursrecht
- bouwrecht
- burgerlijk recht en procesrecht
- europees-internationaal recht
- fiscaal recht
- gezondheidsrecht
- insolventierecht
- intellectuele eigendom en ict-recht
- management
- mens en maatschappij
- milieu- en omgevingsrecht
- notarieel recht
- ondernemingsrecht
- pensioenrecht
- personen- en familierecht
- sociale zekerheidsrecht
- staatsrecht
- strafrecht en criminologie
- vastgoed- en huurrecht
- vreemdelingenrecht