Bestuurdersaansprakelijkheid voor het gehele boedeltekort
De omvang van de schade en het matigingsrecht
Samenvatting
Regelmatig wordt een faillissement veroorzaakt door fouten van bestuurders. Deze fouten kunnen onbewust worden gemaakt of er kan sprake zijn van onzorgvuldig handelen of zelfs opzettelijk misbruik. Enkele decennia geleden kwam opzettelijk misbruik (faillissementsfraude) veelvuldig voor, tot wel in een derde van de gevallen. Mede daarom kwam de wetgever met een drietal wetten die misbruik door bestuurders van BV’s en NV’s moesten bestrijden. De derde ‘anti-misbruikwet’ had de wijziging van de artikelen 2:138 en 2:248 BW als gevolg. Dat artikel ziet op de aansprakelijkheid van bestuurders bij een faillissement. Staat dat vast, dan zijn zij aansprakelijk voor het gehele faillissementstekort.
De vraag is of dat terecht is. Vaak kent het faillissement ook andere oorzaken of hebben de bestuurders slechts een kleine fout gemaakt. In dit boek onderzoekt de auteur aan de hand van de parlementaire geschiedenis, een jurisprudentieonderzoek en een rechtsvergelijking of het uitgangspunt van aansprakelijkheid voor het gehele faillissementstekort juist is, of dat dit in bepaalde gevallen een te zware last op de schouders van de bestuurder legt. Is de wetgever met de derde-antimisbruikwet de balans tussen de belangen van de schuldeisers en de bestuurders niet kwijtgeraakt?
Een belangrijk aspect hierbij is het matigingsrecht, waarmee de aansprakelijkheid meer naar rato kan worden bepaald. Uit de jurisprudentie blijkt dat de rechter dit matigingsrecht zelden ambtshalve toepast, maar dit wel zou moeten doen. In dit boek komt de auteur met enkele aanbevelingen voor de Nederlandse wetgever, Nederlandse rechters en UNCITRAL.
Specificaties
Inhoudsopgave
1 Inleiding 1
2 Wettelijk kader 3
2.1 Inleiding 3
2.1.1 Artikel 2:9 BW 3
2.1.2 Artikel 6:162 BW 3
2.1.3 Artikel 2:138/248 BW 4
2.2 Vereisten artikel 2:138/248 BW 5
2.2.1 Kennelijk onbehoorlijke taakvervulling 5
2.2.2 Belangrijke oorzaak faillissement 7
2.2.3 Wettelijke vermoedens 8
2.3 A ansprakelijkheid voor het tekort 9
2.3.1 Het boedeltekort 9
2.3.2 Begroting van het tekort 10
2.3.3 De parlementaire geschiedenis 11
2.4 Matigingsbevoegdheid en disculpatie 14
2.4.1 Collectieve matiging 14
2.4.2 Individuele matiging 17
2.4.3 Disculpatie 18
2.5 Conclusie 19
3 De praktijk van bestuurders-aansprakelijkheid in faillissement 21
3.1 Inleiding 21
3.2 Verduidelijking van de Hoge Raad 22
3.3 Rechtspraakonderzoek 26
3.3.1 Uitspraken waarin geen gebruik werd gemaakt van het matigingsrecht 27
3.3.2 Uitspraken waarin wel gebruik werd gemaakt van het matigingsrecht 32
3.4 Evaluatie van de jurisprudentie 35
3.5 Gevolgen van het huidige artikel 2:138/248: hoe reageren bestuurders hierop? 40
3.6 Conclusie 43
4 Rechtsvergelijking 47
4.1 Inleiding 47
4.2 UNCITRAL aanbevelingen 48
4.2.1 De ‘Legislative Guide on Insolvency Law Part four: Directors’ obligations in the period approaching insolvency’ 48
4.2.2 De verplichtingen en aansprakelijkheid van bestuurders 49
4.3 Vergelijking met België, Italië en het Verenigd Koninkrijk 52
4.3.1 De Nederlandse en Belgische regelingen: aansprakelijk voor het gehele boedeltekort met de mogelijkheid tot matiging 53
4.3.2 De Italiaanse regeling: aansprakelijk voor het verlies dat en de schade die het directe resultaat is van het handelen van de bestuurder 57
4.3.3 De Engelse regeling: aansprakelijk voor betalingen die hebben geleid tot een verlaging van de faillissementsboedel. 59
4.4 Conclusie 63
5 Discussie en conclusie 67
5.1 Evaluatie van de Nederlandse regeling 67
5.2 Biedt rechtsvergelijking een oplossing? 68
5.3 Aanbevelingen voor de toepassing van het matigingsrecht door de Nederlandse rechter 69
5.4 Reflectie op UNCITRAL aanbevelingen 71
5.5 Conclusie 72
Geraadpleegde literatuur 75
Geraadpleegde jurisprudentie 81
Bijlage 83
Jurisprudentieonderzoek
Net verschenen
Rubrieken
- aanbestedingsrecht
- aansprakelijkheids- en verzekeringsrecht
- accountancy
- algemeen juridisch
- arbeidsrecht
- bank- en effectenrecht
- bestuursrecht
- bouwrecht
- burgerlijk recht en procesrecht
- europees-internationaal recht
- fiscaal recht
- gezondheidsrecht
- insolventierecht
- intellectuele eigendom en ict-recht
- management
- mens en maatschappij
- milieu- en omgevingsrecht
- notarieel recht
- ondernemingsrecht
- pensioenrecht
- personen- en familierecht
- sociale zekerheidsrecht
- staatsrecht
- strafrecht en criminologie
- vastgoed- en huurrecht
- vreemdelingenrecht