Bescherming van bezit
Een rechtshistorische en leerstellige studie naar de wortels en de totstandkomingsgeschiedenis van de huidige regeling in art. 3:125 BW (PDF-Download)
Samenvatting
Dit boek behandelt de regeling voor bescherming van bezit, zoals onze wetgever haar neerlegde in artikel 3:125 BW. Die regeling is nagenoeg ongewijzigd overgenomen uit Meijers’ Ontwerp voor een Nieuw Burgerlijk Wetboek. Zij roept vragen op ten aanzien van zowel het begrip ‘bezit’ als ten aanzien van de ‘bescherming’ ervan. Wat is bezit? En is de regeling ter bescherming van bezit geslaagd, verdient het aanbeveling om haar aan te passen, of kan zij zelfs als onnutte ballast overboord geworpen worden?
De beantwoording van bovenstaande vragen leidde tot de nodige meningsverschillen bij de totstandkoming van het wetboek. Ook nadien bleef consensus uit: de inhoud van het bezitsbegrip is nog steeds omstreden en hetzelfde geldt voor de wijze waarop het bezit en, in ruimere zin, het houderschap beschermd worden.
Deze studie stelt de beantwoording van twee vragen centraal:
1.Hoe kwam het bezitsbegrip van het BW tot stand en wat is zijn inhoud?
2. Op welke wijze is de regeling voor de bescherming ervan vormgegeven?
Het is bekend dat Meijers bij het opstellen van zijn voorschriften niet wenste te experimenteren, maar aansluiting zocht bij ‘de bezonken wijsheid van vele eeuwen’. Nu kan juist het leerstuk van bescherming van bezit bogen op een eeuwenoude geschiedenis, waarvan wij in de regeling van het huidige wetboek ook onmiskenbare sporen aantreffen.
Op basis van leerstellige rechtsvergelijking op historische grondslag worden in dit boek de door de ontwerper en wetgever gemaakte keuzes geduid en verklaard. Het uiteindelijke doel is het beoordelen van de vormgeving en de wenselijkheid van de huidige regeling voor bescherming van bezit.
Trefwoorden
bezitsrecht rechtsgeschiedenis burgerlijk recht wetgeving eigendomsrecht houderschap artikel 3:125 bw rechtsdogmatiek romeins recht meijers bezitsinterdicten rechtsvergelijking nederlands recht privaatrecht code civil vaderlandse recht wetgevingsgeschiedenis bezitsacties bezitsbegrip rechtsbescherming procedureel recht zakenrecht
Trefwoorden
Specificaties
Inhoudsopgave
U kunt van deze inhoudsopgave een PDF downloaden
Afkortingen III
Inleiding V
1 Bezitsbescherming in het Romeinse recht 1
Inleiding 1
§1 Uitwendige rechtsgeschiedenis
1.1 De praetor en zijn edict 6
1.2 Bezitsinterdicten: magistratelijke ge- en verboden 7
§ 2 De legis actio sacramento in rem (l.a.s.i.r.)
2.1 De l.a.s.i.r. als aanknopingspunt voor bezitsbescherming 8
2.2 De legis actio sacramento in rem 8
2.3. De l.a.s.i.r. vervangen door de sponsio praeiudicialis en
de formula petitoria 15
§ 3 Drie verklaringen voor de invoering van bezitsinterdicten
3.1 Van Oven: De bezitsbescherming en hare functies 19
3.2 De procedurele verklaring 20
3.3 De politionele verklaring 34
3.3.1 De politionele verklaring en het interdict uti possidetis 34
3.3.2 De politionele verklaring en het interdict utrubi 40
- Dernburg 42
- Cuq 43
- Daube 56
- Pugsley 61
3.4 De zakelijke verklaring 63
§ 4 Samenvatting en conclusies 75
2 Het oude vaderlandse recht 79
Inleiding 79
§ 1 Bezit en bezitsbescherming in de Middeleeuwen 81
1.1 Uitgangspunt: het Romeinse recht en zijn possessio 81
1.2 Het canonieke recht: condictio ex canone redintegranda 82
1.3 Het inheemse gewoonterecht: gewere of saisine 92
1.4 Universitaire harmonisering van de bezitsbegrippen en
-beschermingsprocedures 126
1.4.1 De werkwijze van de glossatoren 130
1.4.2 Gelijkstelling van gewere en possessio 136
1.4.3 Toetssteen voor het bezitsbegrip: de huurder 138
1.4.4 Toetssteen voor de bescherming: de absoluutheid
van het storingsverbod 138
§ 2 Drie bezitsacties in de Lage Landen na de Middeleeuwen 144
2.1 Achtergrond van de bezitsacties in de Lage Landen 144
2.2 Het mandament van spolie 146
2.3 Het mandament van complainte 148
2.4 Het mandament van maintenue 162
2.4.1 Maintenue en receptie 174
- het gewest Holland 175
- het gewest Utrecht 178
- het gewest Friesland 179
- het gewest Brabant 180
2.4.2 Samenvatting 183
§ 3 Samenvatting en conclusies 185
3 Het WNH, de Cc en het OBW 193
Inleiding 193
§ 1 De invloed van Pothier en de vrederechters 197
1.1 Bezit en bezitsacties in Pothiers Traité de la possession 197
1.1.1 Pothiers bezitsbegrip is Romeinsrechtelijk 197
1.1.2 Pothier en de bescherming van de houder 202
1.1.3 Pothier noemt drie bezitsacties 204
De complainte en cas de saisine et nouvelleté 206
De complainte en matière de bénéfices 208
De action de réintégrande 209
Geen bezitsactie voor roerende zaken 213
1.2 Bezitsbescherming door vrederechters 214
§ 2 Bezitsbescherming in het WNH (1809-1811) 220
2.1 De bezitsregeling van het WNH 220
2.2 De bescherming van roerende goederen 222
2.2.1 Het vraagstuk: Bezit geldt als volkomen titel? 222
2.2.2 De saisine-rechtelijke achtergrond van de regel 223
2.2.3 Verklaring voor de regel ‘Bezit geldt als titel’ 226
2.2.4 De rechtspraak van het Châtelet de Paris is niet uniek 231
2.2.5 Het WNH: waarom de toevoeging ‘volkomen’? 242
2.3 Bezitsbescherming van onroerende goederen 249
2.4 De positie van de houder in het WNH 251
§ 3 Bezitsbescherming in de Code civil (1811-1838) 253
3.1 De bezitsregeling van de Code civil 253
3.2 Bezitsbescherming van onroerende goederen 254
3.3 Bezitsbescherming van roerende goederen 254
3.4 Bezitsovergang ten gevolge van de regel ‘le mort saisit le vif’ 254
3.5 Bezitsbescherming verdeeld over materieel en formeel recht 255
3.6 De positie van de houder in de Code civil 259
§ 4 Bezitsbescherming in het OBW (1838-1992) 260
4.1 De opdracht om de Code civil te vervangen 260
4.2 Bezitsbescherming in het Ontwerp Kemper (Ontwerp 1816) 262
4.3 Bezitsbescherming in het Ontwerp 1820 264
4.3.1 Bescherming voor de houder 266
4.3.2 Het Ontwerp kent drie bezitsvorderingen 267
4.3.3 Nalatenschappen: aanvaarding in plaats van saisine 268
4.4 De omwerking van het Ontwerp 1820 tot het OBW 270
4.4.1 Een ‘Babylonische’ bezitstitel 271
4.4.2 De werkwijze: de vraagpuntenprocedure 273
4.4.3 De ‘vercodecivilisering’ van het Ontwerp 1820 273
4.4.4 De vraagpuntenprocedure en de bezitstitel 274
- Uitsluiting van de ‘natuurlijk bezitter’ 277
- Aanvaarding van de regel le mort saisit le vif 277
4.4.5 Pothier als uitgangspunt voor de bezitstitel 279
4.4.6 Twee bezitsacties: maintenue en réintégrande 281
- Réintégrande bestrijkt óók roerende goederen 285
4.4.7 Eindredactie: verschil bezitsstoring en -verlies
vervaagt 288
- Reden voor overheveling inhoud bezitsacties 290
4.4.8 De gewijzigde eindredactie veroorzaakt verwarring 292
- Verwarring over het bezitsbegrip 292
- Verwarring over het aantal bezitsacties 295
4.4.9 Bezitsacties buiten de bezitstitel 300
- De terugkeer van het mandament van inmissie 301
- De bezitsactie voor roerende goederen 302
§ 5 Samenvatting en conclusies 306
4 Bezitsbescherming in het huidige BW 317
Inleiding 317
§ 1 De bezitsregeling van het Ontwerp 323
1.1 Bezit is houderschap 323
1.2 Bezit is een feitelijke toestand 329
1.2.1 Meijers’ aanpassingen van het bezitsbegrip: 330
- Wetsbepaling voor behoud van het saisine-bezit 332
- Wetsbepaling ter inbezitstelling van koper 333
Totstandkomingsgeschiedenis Ontwerp 345
Parlementaire Geschiedenis van het BW 351
1.3 Bezit is een recht 353
1.3.1 Elk bezit is verjaringsbezit 353
§ 2 Bescherming van een innerlijk tegenstrijdig bezitsbegrip 360
2.1 Tegenstrijdige uitgangspunten: feit én recht 360
2.2 Het fundament van Meijers’ bezitsbegrip: houderschap 360
2.3 ‘Voor houderschap volstaat de politionele functie’ 360
2.4 Toevoeging: zakelijke functie voor de (verjarings-)bezitter 361
2.5 Het BW kent de politionele en zakelijke functie voor bezit 362
§ 3 De toevoeging van de zakelijke functie 364
3.1 Meijers’ drijfveer voor de wijziging 364
3.2 De uitleg van art. 2014 OBW: Meijers en Scholten 365
3.3 Van Oven: noodzaak zakelijke bezitsbescherming in de
nieuwe leer 368
3.4 Meijers’ stellingname ten aanzien van de nieuwe leer 371
3.5 Het Ontwerp en het vooruitlopen hierop door de Hoge Raad 372
§ 4 Kritiek op de regeling van de zakelijke bezitsbescherming 379
4.1 Kritiek van twee kanten 379
4.2 Het arrest Damhof-De Staat 379
4.3 Kritiek: ‘Politionele bescherming van bezit volstaat’ 384
4.4 Kritiek: ‘Geen zakelijke bescherming voor de detentor’ 389
§ 5 De totstandkoming van art. 3:125 BW 407
5.1 Tóch voorschrift voor bezitsbescherming: art. 16 B.W. 23 407
5.1.1 Het eerste lid van het conceptvoorschrift 410
5.1.2 Het tweede lid van het conceptvoorschrift 418
5.1.3 Het derde lid van het conceptvoorschrift 421
5.2 Van het concept- naar het ontwerpvoorschrift: art. 3.5.17 423
5.2.1 Het eerste lid van het ontwerpvoorschrift 424
5.2.2 Het tweede lid van het ontwerpvoorschrift 424
5.2.3 Het derde lid van het ontwerpvoorschrift 429
5.3 Van het ontwerp- naar het wetsvoorschrift: art. 3:125 BW 431
§ 6 Samenvatting en conclusies 434
Samenvatting 447
Résumé 461
Summary 477
Zusammenfassung 491
Gebruikte en geraadpleegde literatuur 507
Registers
Plaatsenregister 547
A. Romeins recht 547
B. Canoniek recht 550
C. Recht van inheemse oorsprong 551
D. Franse wetgeving 552
E. Nederlandse (ontwerp-)wetgeving 553
F. Overige buitenlandse wetgeving en verdragsrecht 559
Trefwoordenregister 561
Anderen die dit e-book kochten, kochten ook
Net verschenen
Rubrieken
- aanbestedingsrecht
- aansprakelijkheids- en verzekeringsrecht
- accountancy
- algemeen juridisch
- arbeidsrecht
- bank- en effectenrecht
- bestuursrecht
- bouwrecht
- burgerlijk recht en procesrecht
- europees-internationaal recht
- fiscaal recht
- gezondheidsrecht
- insolventierecht
- intellectuele eigendom en ict-recht
- management
- mens en maatschappij
- milieu- en omgevingsrecht
- notarieel recht
- ondernemingsrecht
- pensioenrecht
- personen- en familierecht
- sociale zekerheidsrecht
- staatsrecht
- strafrecht en criminologie
- vastgoed- en huurrecht
- vreemdelingenrecht