

Mr.drs. D.A. Verburg is lector bestuursrecht van Studiecentrum Rechtspleging (SSR) en vice-president inhoudelijk adviseur van de rechtbank Utrecht, werkzaam in de sector bestuursrecht.
Meer over André VerburgBestuursrechtspraak in balans
Bejegening, beslechting en bewijs
Samenvatting
Hoe richt je de procedure bij de bestuursrechter in als je wilt dat mensen die procedure als eerlijk en rechtvaardig ervaren? Procedurele rechtvaardigheid vormt het kader van dit onderzoek. Dat kader krijgt meer diepgang door een bespreking van het hedendaagse rechterlijk gezag en een deugdenethische benadering van goed rechterschap. Kernbegrippen zijn: respect, voice, transparantie, vertrouwen, responsiviteit, horizontale communicatie en de rechter als ‘civic friend’.
Drie thema’s komen aan bod: (1) de zitting, (2) de finale geschilbeslechting en (3) het bewijsrecht. Hoe kan de procedure bij de bestuursrechter dan beter worden vormgegeven als je die doordenkt vanuit procedurele rechtvaardigheid? Centraal staat dat de burger kan ervaren dat hij een waardevol lid van de ‘Vereniging Nederland’ is en niet een dossiertje. Naast aandacht voor finaliteit van het besluit moet de bestuursrechter daarom aandacht hebben voor de finaliteit van het beroep: hoe komen argumentatie en bewijs van dat beroep het beste tot bloei? Aandacht voor bewijsrecht is daarbij een goed middel om balans te houden tussen aandacht voor het algemeen belang en aandacht voor het individuele belang.
Specificaties
Inhoudsopgave
Hoofdstuk 1 Onderzoeksopzet en onderzoeksvraag 19
1 Aanleiding 19
2 Verhouding tot andere onderzoeken 20
3 Onderzoeksopzet 20
4 Onderzoeksvraag 23
Hoofdstuk 2 Kaders voor hedendaagse bestuursrechtspraak 25
1 Inleiding 25
Juridische kaders 26
Buiten-juridische kaders 31
Paragraafindeling 33
2 Procedurele rechtvaardigheid 33
2.1 Inleiding 33
2.2 Procedurele en distributieve rechtvaardigheid 34
2.3 Waarom is procedurele rechtvaardigheid belangrijk? 35
2.4 Welke factoren beïnvloeden ervaren procedurele rechtvaardigheid? 37
2.5 Hoe geeft de rechter gestalte aan procedurele rechtvaardigheid? 40
2.6 Subjectief of geobjectiveerd? 41
2.7 Of gaat het toch om de knikkers? 43
2.8 Conclusie 45
3 Gezag in de problemen 46
3.1 Inleiding 46
3.2 Gezag is niet meer automatisch. Persoonlijk gezag is belangrijker geworden 46
3.3 Een rechter heb je niet voor het uitkiezen 50
3.4 Gezag ‘van bovenaf’ of ‘van onderaf’? 52
3.5 De relatie met procedurele rechtvaardigheid 53
3.6 Conclusie 55
4 Een filosofisch/ethisch perspectief op rechterschap 56
4.1 Inleiding 56
4.2 Waarom een deugdenethische benadering? 57
4.3 Deugden 59
4.4 Welke deugden moet de rechter bezitten? 60
4.4.1 Rechterlijk waarnemingsvermogen 62
4.4.2 Rechterlijke moed 63
4.4.3 Rechterlijke gematigdheid 63
4.4.4 Rechterlijke rechtvaardigheid 63
4.4.5 Rechterlijke onpartijdigheid en rechterlijke onafhankelijkheid 64
4.4.6 De deugden als onlosmakelijk geheel 65
4.5 De rechter als ‘burgervriend’ 66
4.6 De relatie met procedurele rechtvaardigheid 68
4.7 Conclusie 69
5 De olifant in de kamer 69
6 Conclusie 70
Hoofdstuk 3 Bejegening: de zitting en rondom de zitting 73
1 Inleiding 73
2 Aanleidingen voor de NZB 74
2.1 De context waarbinnen de NZB is ontstaan 74
2.2 De Derde evaluatie van de Awb 75
3 De Nieuwe Zaaksbehandeling van de bestuursrechter 77
3.1 De NZB als programma van de bestuursrechtspraak in eerste aanleg 77
3.2 Kernelementen van de NZB 78
3.3 Voorbij het geschil – het is het conflict van partijen 79
3.4 De zitting als hart van de procedure bij de rechtbank 82
3.4.1 De zitting binnen de NZB-aanpak 82
3.4.2 De rol van de zitting volgens KEI en de Professionele standaarden 86
3.5 De wijze waarop procedurele rechtvaardigheid een plek heeft gekregen in de NZB 89
3.5.1 Partijen kunnen zeggen wat ze van belang vinden en de rechter schenkt daar gepaste aandacht aan (voice en due consideration) 91
3.5.2 Uitleg en enige mate van invloed op de manier waarop de procedure verder gaat 93
3.5.3 Respect en direct interpersoonlijk contact met de rechter 96
3.5.4 Beïnvloedt aandacht voor procedurele rechtvaardigheid de uitkomst van de zaak? 98
3.6 Trias politica, gezag en horizontalisering binnen de NZB 104
3.7 Conclusie over de NZB 106
4 Hoe pakt de NZB uit? 106
4.1 Inleiding 106
4.2 Weinig aandacht voor het conflict achter het geschil, het ‘belangenrondje’ 107
4.3 Weinig transparantie op de zitting over de procedure 108
4.4 Weinig transparantie op de zitting over de inhoud van de zaak en terughoudendheid de zaak aan te houden om die tot verdere ontwikkeling te laten komen 108
4.5 Weinig aandacht voor procedurele rechtvaardigheid 109
4.6 Gebrek aan voorspelbaarheid van de aanpak op de zitting 111
4.7 Toch duidelijkheid bieden voorafgaande aan de zitting? 114
5 Conclusie 115
Hoofdstuk 4 Beslechting van het geschil 117
1 Inleiding 117
2 Finale-geschilbeslechtingsmogelijkheden naar de huidige stand van zaken 118
2.1 Finale geschilbeslechting als doel van bestuursrechtspraak 118
2.2 Cultuuromslagen in wetenschap en rechtspraak over finale geschilbeslechting 124
2.3 Beslisschema van de bestuursrechter indien er een gebrek is aan het bestreden besluit 131
3 Knelpunten 143
3.1 Inleiding 143
3.2 Te gemakkelijk passeren van een gebrek door toelichting op de zitting 143
3.3 Verschil tussen het passeren van een gebrek en instandlating van rechtsgevolgen 148
3.4 Onduidelijkheid wat de mogelijkheden en voorwaarden zijn bij zelf in de zaak voorzien 150
3.5 Wel verbetering van de motivering van het besluit, niet van het beroep 153
3.6 Wel bewijsopdracht voor bestuursorgaan, niet voor de burger 159
4 Conclusie 163
Hoofdstuk 5 Bewijsrecht 165
1 Inleiding 165
2 Bestuursrechtelijk bewijsrecht naar de huidige stand van zaken 166
2.1 Inleiding 166
2.2 Bewijsomvang 168
2.3 Bewijslastverdeling 170
2.4 Bewijsmiddelen en bewijswaardering 175
2.5 Bewijsvoering, inclusief timing van bewijs 176
2.6 Stel- en adstructieplicht 177
2.7. Conclusie 178
3 De knelpunten: hoe pakt het bewijsrechtelijk systeem uit? 179
3.1 Inleiding 179
3.2 Bewijslastverdeling naar redelijkheid en billijkheid? 179
3.3 Bewijsvoering ten overstaan van de rechter 180
3.4 Bewijsvoorlichting door de rechter met de mogelijkheid nader bewijs in te brengen 182
3.5 Getuigenbewijs 183
3.6 Deskundigeninbreng 185
3.6.1 Inleiding 185
3.6.2 EHRM-rechtspraak over de mate waarin de burger wordt betrokken in de totstandkoming van het deskundigenrapport 187
3.6.3 Nederlandse rechtspraak naar aanleiding van deze EHRMrechtspraak 188
3.6.4 Conclusie over deskundigenbewijs 191
4 Conclusie 191
Hoofdstuk 6 Analyse van de knelpunten en aanbevelingen 193
1 Inleiding 193
2 Kaders voor hedendaagse bestuursrechtspraak 194
2.1 Inleiding 194
2.2 Juridische kaders 194
2.3 Buiten-juridische kaders 195
2.3.1 Inleiding 195
2.3.2 Procedurele rechtvaardigheid 195
2.3.3 Gezag van de rechter 197
2.3.4 Een deugdenethische benadering 198
2.3.5 Conclusie 200
3 Bejegening: de zitting en rondom de zitting 200
3.1 Inleiding 200
3.2 Weinig aandacht voor het conflict achter het geschil, het ‘belangenrondje’ 200
3.3 Weinig transparantie op de zitting over de procedure 201
3.4 Weinig transparantie op de zitting over de inhoud van de zaak en terughoudendheid de zaak aan te houden om die tot verdere ontwikkeling te laten komen 201
3.5 Weinig aandacht voor procedurele rechtvaardigheid 201
3.6 Gebrek aan voorspelbaarheid van de aanpak op de zitting. Toch duidelijkheid bieden voorafgaande aan de zitting? 202
4 Beslechting van het geschil 203
4.1 Inleiding 203
4.2 Te gemakkelijk passeren van een gebrek door toelichting op de zitting 203
4.3 Verschil tussen het passeren van een gebrek en instandlating van rechtsgevolgen 204
4.4 Onduidelijkheid wat de mogelijkheden en voorwaarden zijn bij zelf in de zaak voorzien 205
4.5 Wel verbetering van de motivering van het besluit, niet van het beroep 206
4.6 Wel bewijsopdracht voor bestuursorgaan, niet voor de burger 206
5 Bewijsrecht 207
5.1 Inleiding 207
5.2 Bewijslastverdeling naar redelijkheid en billijkheid? 207
5.3 Bewijsvoering ten overstaan van de rechter 207
5.4 Bewijsvoorlichting door de rechter met de mogelijkheid nader bewijs in te brengen 208
5.5 Getuigenbewijs 208
5.6 Deskundigeninbreng 208
6 Analyse van de bevindingen en aanbevelingen voor de bestuursrechtelijke procedure 209
6.1 Inleiding 209
6.2 Uitdagingen die het kader van procedurele rechtvaardigheid stelt aan de bestuursrechter 209
6.3 Een volwaardige rol voor de burger door transparantie 211
6.3.1 Inleiding 211
6.3.2 Transparantie over de procedure en inhoud van de zaak 212
6.3.3 Transparantie over bewijskwesties 214
6.3.4 Aandacht voor het conflict achter het geschil 215
6.4 De zitting en wat erop kan volgen 217
6.4.1 Inleiding 217
6.4.2 Versterken van de mogelijkheid die de burger krijgt om te reageren bij het passeren van een gebrek na toelichting op de zitting door het bestuursorgaan 217
6.4.3 Versterken van argumentatie van het beroep vs. versterken van argumentatie van het bestreden besluit 218
6.4.4 Versterken van het bewijs van de burgerpartij vs. versterken van het bewijs van het bestuursorgaan 221
6.4.5 Aandacht voor het conflict achter het geschil 221
6.4.6 Aandacht voor het ‘huwelijk’ tussen zitting en uitspraak 222
6.5 Specifieke aanbevelingen over de beslechting van het geschil 223
6.6 Specifieke aanbevelingen over bewijs 225
6.7 Versterken van horizontaliteit bij de bestuursrechter 227
6.8 Er was nog een olifant in de kamer 230
7 Conclusie 233
Appendix bij hoofdstuk 6 234
Hoofdstuk 7 Conclusie 237
Summary
Even-handed Proceedings before the Administrative Law Judge 241
Literatuur 245
Mensen die dit boek kochten, kochten ook...
Net verschenen
Rubrieken
- Aanbestedingsrecht
- Aansprakelijkheids- en verzekeringsrecht
- Accountancy
- Algemeen juridisch
- Arbeidsrecht
- Bank- en effectenrecht
- Bestuursrecht
- Bouwrecht
- Burgerlijk recht en procesrecht
- Europees-internationaal recht
- Fiscaal recht
- Gezondheidsrecht
- Insolventierecht
- Intellectuele eigendom en ict-recht
- Management
- Mens en maatschappij
- Milieu- en omgevingsrecht
- Notarieel recht
- Ondernemingsrecht
- Pensioenrecht
- Personen- en familierecht
- Sociale zekerheidsrecht
- Staatsrecht
- Strafrecht en criminologie
- Vastgoed- en huurrecht
- Vreemdelingenrecht