Het recht op termijnverlenging bij onzuivere samenloop van vertragingsoorzaken

Woord vooraf 1
Begrippenlijst 1
Afkortingenlijst 1

1 Inleiding
1.1 Probleemstelling en onderzoeksvraag 1
1.2 Maatschappelijke relevantie 3
1.3 Wetenschappelijke relevantie 4
1.4 Afbakening van het onderwerp 4
1.5 Onderzoeksmethode 5
1.6 Leeswijzer 5

2 Het recht op termijnverlenging in context
2.1 Inleiding 7
2.2 De aannemingsovereenkomst en de verplichtingen van de opdrachtgever en de aannemer 7
2.2.1 De aannemingsovereenkomst en het toepasselijk recht 7
2.2.2 De verplichting van de aannemer het werk binnen de termijn te hebben opgeleverd 8
2.2.3 De verplichting van de opdrachtgever noodzakelijke medewerking te verlenen 9
2.3 Het gevolg van het overschrijden van de overeengekomen uitvoeringsduur: een korting 11
2.4 Het recht van de aannemer op termijnverlenging 13
2.4.1 Recht op termijnverlenging in geval van een niet aan de aannemer toerekenbare tekortkoming 13
2.4.2 De voorwaarden voor het recht op termijnverlenging 14
2.5 De ontstaansgeschiedenis van het recht op termijnverlenging onder vigeur van de UAV 15
2.5.1 Het recht op termijnverlenging onder vigeur van de UAV 1968 15
2.5.2 Het recht op termijnverlenging onder vigeur van de UAV 1989 en de UAV 2012 17
2.6 Het belang van de planning en het kritieke pad 19
2.7 Kennisgevings- en waarschuwingsplichten van de aannemer bij het recht op termijnverlenging? 22
2.7.1 Het belang van een kennisgevingsplicht bij het recht op termijnverlenging 22
2.7.2 Het verdwijnen van de kennisgevingsplicht in § 8 UAV 2012 23
2.7.3 Geen kennisgevingsplicht uit § 6 lid 15 UAV 2012 23
2.7.4 Een waarschuwingsplicht bij wijzigingen van de opdrachtgever in het werk (?) 24
2.7.5 De klachtplicht uit artikel 6:89 BW bij het niet deugdelijk nakomen van een verbintenis 25
2.7.6 De eindafrekening en de termijnen uit de UAV 2012 en het BW 27
2.7.7 Een impliciete kennisgevingsplicht op grond van de redelijkheid en billijkheid 28
2.8 Conclusie 30

3 Het recht op termijnverlenging bij onzuivere samenloop van vertragingsoorzaken
3.1 Inleiding 31
3.2 Vier verschijningsvormen van onzuivere samenloop van vertragingsoorzaken 31
3.3 Voorwaarden voor het leerstuk van overmacht ex artikel 6:75 BW 33
3.3.1 Inleiding en de verhouding tot het leerstuk van schuldeisersverzuim 33
3.3.2 Vereiste 1: een verhindering in de nakoming van een verbintenis 34
3.3.3 Vereiste 2: de tekortkoming in de nakoming is niet toerekenbaar aan de schuldenaar 35
3.4 De uitwerking in geval van onzuivere samenloop van vertragingsoorzaken 38
3.4.1 Vereiste 1: de verhindering in de nakoming van een verbintenis 38
3.4.2 Vereiste 2: de overschrijding van de opleveringstermijn is niet toerekenbaar aan de aannemer 38
3.5 Conclusie tevens premisse 40

4 De premisse getoetst aan de opvattingen in de literatuur en jurisprudentie
4.1 Inleiding 41
4.2 Afdeling 6.1.10 BW: een voorbarig en onjuist vertrekpunt (?) 42
4.3 Opvatting 1: hypothetische causaliteit en vertraging als voortdurende schade 44
4.3.1 Juridisch kader 44
4.3.2 Uitwerking van de opvatting van Meesters & De Nijs 45
4.3.3 Toepasselijkheid van artikel 6:102 BW en het arrest Staat/Vermaat? 45
4.3.4 Het onderscheid tussen voortdurende schade en momentschade 47
4.4 Opvatting 2: monocausaliteit en vertraging als momentschade 47
4.4.1 Juridisch kader 47
4.4.2 Uitwerking van de opvatting van Van Rijckevorsel & Hijmans van den Bergh 48
4.5 Opvatting 3: enkel vertragingsoorzaken voor rekening van de opdrachtgever relevant 48
4.5.1 Juridisch kader 48
4.5.2 RvA 22 juli 2013: geen sprake van onzuivere samenloop van vertragingsoorzaken 49
4.5.3 Geen navolging bij de civiele rechter, of toch wel? 49
4.6 Conclusie 50

5 Conclusie 53
Literatuurlijst 55
Jurisprudentielijst 63
Samenvatting 65