De zon scheen en het was niet druk aan de voorkant van het Centraal Station. Op een zondag liepen hier drommen mensen richting de Dam, maar nu, op de vroege maandagochtend, was er een normale stroom van bezoekers en forenzen. Voor Karina was dit een beeld van Amsterdam zoals het voor haar moest zijn: niet extreem druk, maar toch levendig.
Ze vervolgde haar weg langs de Geldersekade en stapte even van haar fiets om aan een grote roos te ruiken. Ze snoof het aroma diep op. De geur overviel haar. Wat was het? Weemoed? Ze had ooit een artikel gelezen over ‘het niet geleefde leven’. Toen had ze het esoterische onzin gevonden, maar nu moest ze eraan denken. Hoe het leven ook had kunnen zijn. Hoe was het geweest als ze haar partnerplek bij Barrows op de Zuidas niet had opgegeven?
Het was de laatste tijd veel te stil in haar eenmanspraktijk en ze merkte dat ze soms met weemoed aan Barrows terugdacht. Karina schrok op uit haar melancholie omdat haar telefoon ging. Ze herkende het nummer niet, waarschijnlijk iets zakelijks.
‘Karina, je spreekt met Babette Peters van Knowlton. Ik bel je om even wat af te stemmen.’
‘Hallo Babette, wat kan ik voor je doen?’ Karina vroeg zich af waarom Babette belde – de bedrijfsjuriste van Knowlton, haar grootste cliënt, appte of mailde bijna altijd.
‘Inmiddels is er meer duidelijkheid over het juridische werk hier. Ik heb overleg gehad met de directie en we zijn eruit hoe we dat de komende jaren gaan inrichten.’
‘Ik ben benieuwd.’ Overleg met de directie en “gestalte geven” – dat klonk niet alsof ze de samenwerking met Karina wilden intensiveren.
Ze bladerde snel door haar agenda. Gelukkig was vrijdag vrij. ‘Prima, dan ben ik er.’
‘Zo te horen heb je nog een papieren agenda? Wat charmant,’ zei Babette luchtig.
Karina voelde zich betrapt. Ja, ze had inderdaad een loei van een papieren agenda. En ineens werd ze zich scherp bewust van het leeftijdsverschil. Steeds vaker leek ze aan de andere kant van een onzichtbare streep te staan. Ministers, wethouders, opiniemakers – allemaal onder de veertig. Alsof ze met alles te laat was.
Geïrriteerd liep ze terug naar haar fiets. Net toen ze wilde oversteken, scheurde een fatbike rakelings langs haar heen. Ze sprong opzij en botste tegen een halfopen vuilniszak. De inhoud rolde de straat op. Karina keek om zich heen. Moest ze dit echt opruimen? Ze raapte een lege fles op en gooide die in de prullenbak. Had ze toch nog íets gedaan.
Over Christ'l Dullaert
Christ’l Dullaert is jurist en rechtsfilosoof. Zij was advocaat en bedrijfsjurist. Voorts was zij directeur van een van de eerste mediationinstituten in Nederland (ADR Instituut) en werkte vanuit die hoedanigheid veel samen met het Harvard Negotiation project. Tijdens een meerjarig verblijf in New York was zij trainer namens Harvard.