Op werkdagen voor 23:00 besteld, morgen in huis Gratis verzending vanaf €20

Interview

Tomáš Sedláček

‘Economie is het dominante geloof van deze tijd’

De financiële crisis heeft aangetoond hoe betrekkelijk de waarde is van onze economische theorieën en modellen. Tijd voor een alternatief, vindt de Tsjechische econoom Tomáš Sedlá?ek. Tegenover de economie van winst en verlies stelt hij De economie van goed en kwaad. Economie, niet als waardevrije wetenschap maar als product van onze beschaving.

Pierre Spaninks | 3 juli 2012 | 5-8 minuten leestijd

Economie is eigenlijk geen wetenschap, zegt u, maar een verhaal. Aan de oppervlakte lijkt dat verhaal te gaan over winst en verlies, maar de werkelijke betekenis zit hem in de lessen over goed en kwaad die er in besloten liggen. Hoezo, een verhaal?

Mensen hebben altijd de behoefte gehad wereld om zich heen te begrijpen. Vanaf het begin der tijden. Ze vertellen elkaar verhalen die hen helpen om betekenis te geven aan de werkelijkheid waarin zij leefden. Denk aan het Gilgamesj-epos, of aan het Oude Testament, Vanuit ons hedendaagse perspectief klinken die verhalen misschien zonderling – dat zullen onze verhalen ook doen voor toekomstige generaties – maar doordat mensen er zo sterk in geloofden, waren ze heel krachtig.

Eén van die verhalen is het verhaal over economie. Ooit is dat begonnen als een verhaal over hoe je een huishouden verstandig kunt bestieren, of een landgoed, of een koninkrijk. Zoals je uit het Gilgamesj-epos kunt leren dat je de mensen die voor jou werken niet moet willen reduceren tot hun productiecapaciteit. Geleidelijk is de grandeur uit die verhalen verdwenen en is de wereld waarover ze gaan zwart/wit geworden, een wereld van getallen in de plus of in de min. Vroeger hadden we mythologische en godsdienstige verhalen om de wereld aan elkaar uit te leggen. De wetenschap heeft die functie overgenomen. Maar het is een vergissing om te denken dat economisch onderzoek is begonnen met de Verlichting. Als je teruggaat naar de overleveringen van onze voorouders, zie je dat hun filosofieën allerlei economische elementen bevatten. Ik ben die verhalen gaan bestuderen om beter te begrijpen waar onze moderne economische verhalen vandaan komen.

De oorspronkelijke Tsjechische versie van De economie van goed en kwaad dateert uit 2009, het eerste jaar van de crisis. U was er snel bij.

Dat was allesbehalve een vooropgezet plan. Ik had al jarenlang de gewoonte om na het werk voor mezelf wat aantekeningen te maken over dingen die me waren opgevallen of die ik had bedacht. Geleidelijk aan ontstond daar een patroon in en ging het steeds vaker over vragen naar de zin van het vak. Overdag hield ik me bezig met de economie, ’s avonds met de meta-economie. De crisis was dus ook niet de aanleiding om het boek te schrijven, het boek was er toen de crisis uitbrak. Die heeft vervolgens wel meer gewicht gegeven aan mijn kritiek op de economie, dat valt niet te ontkennen.

We zijn inmiddels bijna drie jaar verder en nu is de Nederlandse vertaling van uw boek uit. De tijd heeft ondertussen niet stilgestaan. Heeft u niet de behoefte gevoeld om uw verhaal aan te vullen, te actualiseren?

Nee, niet echt. Natuurlijk heb ik – net als iedereen die een boek schrijft – de neiging om te blijven zoeken naar betere argumenten, naar nieuwe overeenkomsten, naar nieuwe voorbeelden. Maar aan de hoofdlijnen van mijn betoog doet dat niets toe of af. Het voordeel van je bezighouden met het Gilgamesj-epos, het Oude Testament en de antieke filosofen is dat die verhalen niet echt veranderen. Dit in tegenstelling tot de economische analyses van tegenwoordig, die geen dag hetzelfde zijn. Dat was ook mijn voornaamste reden om voor deze aanpak te kiezen. Ik werd zo moe van al die macro-economische voorspellingen die maar blijven veranderen. Laat mij maar liever de relevante dingen uit het verleden relevant maken voor vandaag.

U zet zich in De economie van goed en kwaad stevig af tegen de economie als wetenschappelijke discipline. Dat is een industrie waar tienduizenden mensen hun brood in verdienen. Die zullen u uw verhaal niet in dank afnemen.

Het boek was kritisch bedoeld, provocerend ook. En inderdaad: alleen al vanwege de titel gingen sommige collega’s over de rooie. Ken je de film Fight club? Regel nummer 1 van de Fight club is dat je niet praat over de Fight club. Regel nummer 1 van de economie is dat je niet praat over goed en kwaad. De meeste weerstand kwam van mijn jongere collega’s in de econometrie, de wiskundige subdiscipline van de economie die de laatste decennia oppermachtig is geworden, op een haast imperialistische manier. Toch was over de hele linie de ontvangst positiever dan ik had verwacht. Waar ik vooral van sta te kijken is dat mijn boek ook buiten de economie zijn weg gevonden heeft en dat het ook wordt gelezen door mensen die niet bij voorbaat in geesteswetenschappen zijn geïnteresseerd.

U zei het al, u bent zelf ook een econoom. Hoe kan het dat u zo teleurgesteld bent geraakt in dat vak?

Economie is het dominante geloof van deze tijd, de invloedrijkste bron van waarden en normen. ‘De onzichtbare hand’ van de markt is de ongeleide leider geworden bij alles wat we doen, wij mogen hem niet dwarszitten en wij moeten er op vertrouwen dat hij ons naar een rooskleurige toekomst zal leiden. Ondertussen pretendeert diezelfde economie wel een wetenschap te zijn, met objectieve en waardevrije methoden. De fouten die economen maken zijn niet zozeer technisch als wel filosofisch van aard. Krediet was oorspronkelijk een hulpmiddel, iets waar we ons van bedienden om welvaart en welzijn te bevorderen. Nu bedient het zich van ons en dicteert het onze overheden welk beleid ze moeten voeren. We hebben onze vrije wil opgegeven. Van poppenspelers zijn we poppen geworden. Wat ons eerst meer vrijheid leek te geven, wat we eerst onder controle dachten te hebben, is nu ons de baas.

Als alternatief voor een economie die streeft naar winstmaximalisatie stelt u een economie voor die juist het geluk maximaliseert. Hoe realistisch is dat, in een samenleving die waarde alleen in cijfers kan uitdrukken en waar alles wat geen winst oplevert waardeloos is?

Als mensen het over economie hebben, gebeurt er iets raars met ze. Dan gaan ze ineens doen alsof de werkelijkheid uit getallen bestaat. Terwijl we in ons dagelijks leven helemaal niet zo aan cijfers hechten. Voor ons gezinsleven, voor onze relaties met onze vrienden en zelfs in ons dagelijks werk spelen getallen helemaal niet zo’n grote rol. Het grootste deel van ons dagelijks leven verloopt volgens een andere logica dan die van de economie. Neem een begrip als het bruto nationaal product. Het is heel goed mogelijk om als individu je bnp te bepalen. Toch doet niemand dat. Vind maar eens iemand die, als je hem vraagt hoe het met hem gaat, zegt dat hij dit jaar 4,2% rijker is dan vorig jaar. Als je wilde, zou je het heel precies kunnen aangeven, maar niemand doet het. Het is een heel concreet gegeven, maar we beseffen maar al te goed dat het niets zegt over hoe het werkelijk met ons gaat. Maar aan dat abstracte bnp kennen we dan ineens wel weer een grote betekenis toe. Tot op drie cijfers achter de komma. Die illusie van precisie heeft mede de huidige crisis veroorzaakt. De modellen zijn te ver gegaan.

Over Pierre Spaninks

Pierre Spaninks (Eindhoven, 1955) was tot zijn pensionering in 2021 zelfstandig professional in journalistiek en communicatie. Hij kreeg landelijk bekendheid als ZZP-expert. Voordien had hij gewerkt in het hoger onderwijs en de consultancy. Hij studeerde Tekstwetenschap aan de Universiteit van Amsterdam en volgde op Harvard het Senior Manager in Government Program. Tegenwoordig legt hij zich toe op de Egyptologie.

Deel dit artikel

Wat vond u van dit artikel?

0
0

Populaire producten

    Personen

      Trefwoorden