‘Van deze dingen heeft hij verstand, hij heeft ze in zijn bloed, hij merkt het meteen als er banaliteiten uit zijn pen vloeien – hij heeft zichzelf alles vergeven, met vrouwen stond hij zich naar believen wat afwisseling toe en dan verlangde hij naar begrip en consideratie, zo gevoelig en kwetsbaar als hij was…maar met woorden niet, daarvoor kende hij geen genade.’
De vrouw houdt haar monoloog voor de Voorzitter van het tehuis. Zij beschrijft het verdriet van haar man, die schrijver is, over het feit dat hij alleen achterbleef. Haar monoloog veroorzaakt iets dat nimmer eerder werd toegestaan. Haar man mag haar opzoeken. Na deze toestemming van de Voorzitter, overdenkt zij de consequenties. Wat zal haar beslissing zijn?
‘Ziet u, meneer de Voorzitter, bij het bericht van die ongelooflijke, unieke toestemming, die nooit aan iemand anders is verleend, was mijn eerste gedachte dat we weer samen naar zee zouden gaan. Wat moet hij knap zijn geweest, bedacht ik met trots, om het gedaan te krijgen dat hij ook u, meneer de Voorzitter, wist te ontroeren, u die zo barmhartig bent maar ook rechtvaardig en streng, u die de harten doorvorst en u zeker niet laat misleiden door scenes en krokodillentranen, zoals zo velen daarbuiten, die bereid zijn zich beet te laten nemen door iemand met het hart op de tong.’
‘U begrijpt dus’ is een tragische vertelling, gebaseerd op een persoonlijke ervaring. Magris vertelt met zijn ‘U begrijpt dus’ op ontroerende wijze een hedendaagse versie van het verhaal van Orpheus en zijn geliefde Eurydice.
‘En toen, meneer de Voorzitter, kreeg ik een steek in mijn hart; een lichtflits, een bliksemschits die het duister verscheurt maar ook de ziel, want ik heb begrepen wat hij me zou vragen en ik heb begrepen dat het was afgelopen. De weg afgezet, de brug ingestort, de afgrond onoverbrugbaar. Ik had al het gevoel dat ik hem vragen hoorde stellen over het Tehuis, en over u meneer de Voorzitter, over de Stichting en over ons en wat er werkelijk hier binnen is en hoe de dingen, de harten, de werkelijk zijn.’
De schrijfstijl van Magris is uiterst verzorgd en kunstig. Sommige zinnen zijn werkelijk briljant; klaar om in te lijsten!