Dit enthousiaste citaat kenmerkt het boek 'Coachen met actiefactoren' dat van begin tot eind een pleidooi is om je lichaam in beweging te brengen en letterlijk in te zetten om vooruitgang te boeken in je coachingstraject. Er zijn veel bewegingstechnieken in het coachingsveld, maar de kracht van het boek van Frits van Kempen zit 'm in de eenvoud en in de brug die hij slaat tussen taal en beweging.
Beelden zeggen meer dan duizend woorden is een veelgehoord gezegde, maar het zijn de woorden die het beeld vormen. Een metafoor is beeldspraak waarbij figuurlijk of overdrachtelijk wordt gebruikt.
Frits van Kempen gaat nog een stap verder in 'Coachen met actiefactoren'. Een actiemetafoor is namelijk de beeldspraak in de praktijk gebracht. In plaats van te vertellen dat je nooit teveel ballen in de lucht kunt houden, zet je je cliënt aan het werk door hem de ruimte te geven, een bal te laten hoog houden en steeds weer nieuwe ballen aan te voeren.
Pas ná het breekpunt (als de klant alle ballen heeft laten vallen) ga je woorden toevoegen. De kracht van het actiemetafoor zit 'm in de lichamelijke ervaring, die de emotionele en mentale ervaring onderbouwt en versterkt. Of, zoals in het boek 'Coachen met actiemetaforen' staat: een metafoor doet zijn werk op drie manieren: het doet spanning afnemen, het is een appèl op diepgang en werkt als een reminder.
Het boek is gericht op de praktijk: uitleg en daarna duidelijke stappen, adviezen en veel voorbeelden. Zodat je bijna automatisch - je raad het al - in beweging wilt komen. Van Kempen is in zijn boek heel duidelijk: de houding van de coach moet passen bij het instrument. Uitgangspunten daarbij zijn ethische waarden, maar dat is slechts het startpunt. Om een betekenisvolle actiemetafoor te kunnen neerzetten, zul je anders moeten handelen dan wanneer je vanuit je stoel coacht.
De aanpassingen vallen uiteen in drie gebieden. Ten eerste: Aanpassing van je attitude, waarbij de coach afwisselend moet kunnen opereren vanuit een uitdagende, ondersteunende, confronterende, stellende, directieve, non-directieve, empatische, strenge en milde houding.
Ten tweede pas je de context aan: opzet, doel, regels, schikking, ruimte (!). Ten derde pas je het materiaal aan: bal, stok, hoepel, krant, ballon, enzovoort.
In zijn boek haalt Van Kempen de leercirkel van Kolb aan, waarin actief experimenteren en concrete ervaring dé plek zijn waar je een actiemetafoor kunt inzetten.
Maar een actiemetafoor op zich is nutteloos: de andere delen van de leercirkel maken hem 'levend'. Eerst verken je de theorie en achteraf (en tijdens) observeer en reflecteer je.
Hoewel het een relatief 'klein' boekje is en dit voorbeeld heel eenvoudig lijkt, is het ontwerpen van een actiemetafoor lang niet altijd zo voor de hand liggend. Een helder stappenplan helpt je om zelf te gaan uitproberen, experimenteren. Met aandacht voor alle onderdelen van de drie aanpassingsgebieden. Daarbij word je als coach aangesproken op je creativiteit, behendigheid én eerlijkheid: weet je de juiste balans te vinden? Na alle theorie, die al doorspekt is van heldere, mooie voorbeelden, is er nog een hoofdstuk met 11 praktijkvoorbeelden van actiemetaforen.
Ik ben zelf kinesioloog, werk dus veel met het lichaam en werkte ook al met metaforen. Maar de actiemetaforen hebben terecht de toevoeging actie: het gaat veel minder over taal en veel meer over doen, over de beweging zelf. En het lichaam weet door beweging.
Over Marjolein Boeren-Hermans
Marjolein Boeren is Kinesiologisch Coach en heeft een eigen praktijk in Bergen op Zoom. Door middel van afstemming van lichaamsbeweging en mentale processen krijg je inzicht over jezelf en je doelen. Daarnaast is zij PR-coördinator voor het Welkin Kinesiologie College en geeft zij trainingen op het gebied van Kinesiologie.