Dat circa 10% van de beroepsbevolking in de industrie werkte en 23% bijdroeg aan het BNP werd gemakshalve over het hoofd gezien. Deze historische aberratie in denken is in 2017 volledig passé. De afgelopen jaren is voor iedereen duidelijk geworden dat de Nederlandse industrie een centrale plaats inneemt in onze maatschappij en onze economie. En dat veel Nederlandse bedrijven in hun (deel)markt wereldmarktleider zijn. Hoe ze dat doen en wat we daarvan kunnen leren staat in onze tweede publicatie uit 2016: Dutch Industry. Inspiring business stories from The Netherlands. Wat uit de daaraan gekoppelde analyse naar voren komt is dat Nederlandse bedrijven de Rijnlandse traditie op alle terreinen uitademen. Dit leidt tot de volgende Unique Selling Points van de Nederlandse industrie:
- Bedrijven zijn grotendeels privaat, niet beursgenoteerd: beursgenoteerd zijn levert altijd gedoe op met aandeelhouders die korte termijn rendement willen en de lange termijnstrategie doorkruisen.
- Incrementele innovatie: we hunkeren altijd naar ‘disruptieve innovaties’ maar die bestaan vooral uit mythes, echte innovatie gebeurt stapsgewijs door jarenlang, soms decennialang te investeren in producten.
- Goed ondernemerschap: deze bedrijven kennen geen topmannen of -vrouwen die in de krant komen, boeken schrijven of als halve goeroes door het leven gaan. Het zijn mensen die gewoonweg hun werk doen, stap voor stap, solide, betrouwbaar, maar hebben wel de typische Nederlandse koopmansgeest. Ze streven ook geen snelle groei na, ze willen het DNA van hun bedrijf behouden.
- Investeren in kennis: al deze bedrijven laten zien dat ze bereid zijn elk jaar te willen investeren in het behoud en de uitbreiding van hun kennis.
- Investeren in mensen: in het verlengde van het investeren in innovaties en kennis investeren deze organisaties in hun mensen die vaak gedurende lange tijd bij de bedrijven in dienst zijn.
- Kennisnetwerken: vaak in eerste instantie niet goed zichtbaar zijn deze bedrijven onderdeel van uitgebreide al dan niet internationale kennisnetwerken.
- Focus op cocreatie/codesign: vanuit onze Rijnlandse traditie hebben wij de neiging tot samenwerking hetgeen in de praktijk een uniek en voor anderen verwarrend concurrentievoordeel blijkt op te leveren tussen het wapengekletter van Anglo-Amerikaanse bedrijven bij wie het om de macht te doen is.
- Nederlandse managementstijl: deze kenmerkt zich door een ‘free flow’ van horizontale en verticale communicatie en een grote mate van vrijheid voor ondergeschikten. Dit gecombineerd met een stevige corporate culture maakt de organisaties ‘resilient’ en ‘agile’, om maar een paar onderwerpen te noemen waar Anglo-Amerikaanse organisaties altijd mee worstelen.
Nog een paar interessante observaties: geen van de geïnterviewden heeft gerefereerd aan een managementboek dat hij/zij had gelezen of een managementgoeroe die men had gehoord.
Uit alles komt naar voren dat de industrie op alle terreinen ver voorloopt op andere sectoren. Of zoals een geïnterviewde het stelde: ‘Je bent de beste van de klas, of je doet niet meer mee’.
Jaap Jan Brouwer, auteur van Dutch Industry. Inspiring business stories from The Netherlands.
Over Jaap Jan Brouwer
adviseur CinC Management Consultants, mede-initiatiefnemer van de community 'Koplopers in de zorg'.