De grootheid in reisverhalen die bestsellers op zijn naam heeft staan als Naar het hart van Borneo en andere klassiekers over de meest kleurrijke streken over de hele wereld, neemt nu Almere als onderwerp. Natuurlijk.
Tsja… vooroordelen te over als het om Almere gaat. O’Hanlon citeert de eigenares van Café Koosje in Amsterdam: ‘Ik zou er nooit van mijn leven heen gaan. Meer nog: ik zou me zelfs schamen als ik te horen kreeg dat mijn zus er op bezoek is geweest.’ Ook O’Hanlon zelf was er niet direct weg van. ‘Ik heb Almere verafschuwd’. Maar in de drie jaren die hij er als gastschrijver doorbrengt, raakt hij langzamerhand bijzonder gecharmeerd van deze op de Zuiderzee bevochten stad.
In De groene stad brengt hij verslag uit van dat proces. In de jaren ’70, toch alweer ruim 40 jaar geleden, verschenen de eerste huizen. O’Hanlon onderzoekt de stedenbouwkundige wortels van de stad (opgebouwd uit verschillende kernen met handhaving van groen en van de ervaring van landelijkheid), ontdekt dat Almere wel degelijk geschiedenis in zich herbergt (menselijke bewoning in de prehistorie), beschrijft de architectonische hoogstandjes in de nieuwste wijken en hun bewoners en deelt hoopvolle gedachten over de groene toekomst van de stad, die daarbij onmiskenbaar tot leven komt.
Inmiddels is O’Hanlon verliefd. En daarin heeft hij mij als lezer van zijn boek volledig meegesleept. Ik wil erheen. De eerstvolgende vrije zaterdag wordt een dagje Almere.
Nu alleen mijn echtgenoot nog overtuigen.
Over Marjan Maandag
Marjan Maandag is redacteur bij Managementboek.