'Het merk is dood, leve het merk' van Paul Stamsnijder over rebranding is een vlotgeschreven werk. Overzichtelijk ingedeeld in 7 heldere hoofdstukken en voorzien van praktische tips. 'Mislukking of meesterwerk' is de pretentieuze ondertitel en geeft aan dat de schrijver bombastisch taalgebruik bij vlagen niet schuwt.

Wie een medicus of neuro-wetenschapper vraagt wat we van onze hersenen weten, krijgt meestentijds een voorzichtig antwoord dat het midden houdt tussen: 'Best wel wat' en 'Eigenlijk nog maar heel weinig'.

Of je nu Kotler neemt of Keller, Fransen of Van Riel, Aaker of Trout, als het om internationale merkenstudies gaat, komen ze allemaal terecht bij de Brand Asset Valuator van Y&R. Het wereldwijde merkenonderzoek dat sinds 1994 jaarlijks dan wel tweejaarlijks wordt herhaald.

Even dacht ik dat we met een retrospectief uit het land van voor- en hoofdwas te maken hebben, maar gelukkig zet de subtitel 'Verandert de Crisis Ons Leven?' ons op het juiste been. Bekend is dat crisis een eeuwigdurende bron is voor de literatuur. Zonder de Tweede Wereldoorlog waren naoorlogse schrijvers als Minco en Mulisch, Claus en Van het Reve nergens geweest.

In het juninummer van 1990 verscheen in het Tijdschrift voor Marketing een uitgebreid artikel over het nieuwste boek van Floor en Van Raaij; 'Marketingcommunicatiestrategie'. De schrijver van het artikel J.P.H. Nillesen, verbonden aan de RU te Groningen is ingetogen complimenteus, maar mist als wetenschapper hier en daar de wetenschappelijke onderbouwing en vindt het boek wel erg 'reclamegericht'.

Het is nog niet zo lang geleden dat het maar niet wilde boteren tussen de mannen van de verkoop en personeelszaken. Van recenter datum zijn de verhalen over de dienstverleners die omwille van de aandeelhouderswaarde hun klanten en hun personeel vermaalden in de molens van kpi's en spreadsheet management. Waarbij het begrip service marketing beperkt bleef tot de website, de woordvoerder en fraaie commercials met een hoge production value, die de voeling met de werkelijk van de markt volledig kwijt waren. Dat het ook anders en vooral beter kan beschrijft René Herremans in zijn boek 'De merkmotor'. En het mooie is dat hij ook nog aangeeft hoe.

Wie in de jaren negentig geen internet strategie had, werd afgerekend met lagere beurskoersen, het geld kon niet op. Tot na de internetbubble het geld op was. En vandaag de dag word je op zijn minst voor asociaal uitgemaakt als je niet iets in social media doet. Maar hoe weet je of je je marketing geld goed besteedt? Dat online activiteiten beter zijn te meten dan offline is geen nieuws. Maar ook in internetland is de heilige graal in de vorm van een integraal effectiviteitmodel dat de investeringen afzet tegen opbrengsten helaas nog niet gevonden.

De laatste decennia wordt de marketingliteratuur toch wel gedomineerd door de AK en dan hebben we het natuurlijk over de Aakers, de Kotlers, de Kellers en de Kapferers, die ons met de regelmaat van de klok verblijden met vuistdikke standaardwerken. Vaak zijn deze publicaties een herhaling van zetten, of een variant op een bestaand thema. Maar soms komen er nieuwe concepten aan de orde. De vraag is natuurlijk in welke categorie het laatste geesteskind van Aaker na Strategic Market Management, Managing Brand Equity, Building Strong Brands en Brand Leadership valt.